De regeling van toedeling van zaken aan rechters
Onvoldoende wettelijke verankering en onvoldoende onafhankelijkheidswaarborgen
De zaakstoedeling dient met het oog op de rechterlijke onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van de rechter met bijzondere waarborgen omgeven te zijn. De vraag is hoe in de Nederlandse rechterlijke organisatie die waarborgen verankerd zijn. Na lang dralen kwam in 2019 een Code zaakstoedeling tot stand. In het verlengde daarvan zijn door de gerechtsbesturen zaakstoedelingsregelingen per rechtsgebied opgesteld. De zaakstoedeling is een essentieel element in het kader van de rechterlijke onafhankelijkheid en rechterlijke onpartijdigheid. Blijkens de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dient de regeling van zaakstoedeling in de wet, afkomstig van het parlement, verankerd te zijn. In Nederland wordt een wettelijke verankering van de contouren en vormgeving van de toedeling van zaken node gemist. Ook de instanties die belast zijn met taken en bevoegdheden op het terrein van zaakstoedeling behoeven een grondslag in de wet. De vereisten voor een ‘tribunal established by law’ zijn in het geding.
Olievlek op vlek
De zwarte lijst(en) bij de Belastingdienst
De Fraude Signalering Voorziening (FSV) is een applicatie van de Belastingdienst waarin meldingen werden opgenomen over (vermeende) fraude en signalen. De lijst werd gebruikt voor het beoordelen van belastingaanslagen, het beoordelen van aanvragen van toeslagen en informatie-uitwisseling met andere overheidsorganisaties. Dat vermelding in de FSV vergaande gevolgen kon hebben, staat inmiddels vast. In dit artikel wordt onderzocht in hoeverre burgers rechtsbescherming genieten ten aanzien van plaatsing op de FSV-lijst en hoe die eventueel kan worden verbeterd.
Toegang tot het recht
Een problematisch concept
In september 2021 stelde de toenmalige Minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker vast dat je van de gedupeerden van de toeslagenaffaire niet kunt zeggen dat ze geen toegang tot het recht hadden. ‘Want ze kwamen uiteindelijk wel bij de Raad van State. Alleen werden ze daar in het ongelijk gesteld.’ Drie maanden later verbond journalist Folkert Jensma de volgende conclusie aan het feit dat steeds minder mensen met een rechtsprobleem een beroep doen op rechters of advocaten: ‘Toegang tot het recht is een geloofsartikel, maar de burger stemt met de voeten.’ En weer twee weken later waarschuwde de Nationale ombudsman dat het fenomeen OM-afdoening op gespannen voet staat met de toegang tot recht (zonder het) van slachtoffers. Drie sprekers, drie interpretaties, de tijd lijkt rijpt om het concept toegang tot het recht aan een nadere inspectie te onderwerpen.
Verhoging van de appelgrens in de Wet Mulder
Beperking van het recht op toegang tot de rechter of een wijziging van technische aard?
De voorgestelde verhoging van de appelgrens in de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) te verhogen van € 70 naar € 110 stuit op een aantal fundamentele bezwaren. Het is vanuit het oogpunt van rechtsbescherming onwenselijk dat als gevolg van deze verhoging (nog) meer zaken buiten de competentie van het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden worden gebracht. In de tweede plaats vervult het hoger beroep bij dat hof een belangrijke functie vanuit het oogpunt van rechtseenheid. Tot slot valt een appelgrens van € 110 ook vanuit een rechtsvergelijkend perspectief niet te verdedigen.
Eerder verschenen
NJB 19 (2022)
1 juni 2022
NJB 18 (2022)
19 mei 2022
NJB 17 (2022)
11 mei 2022
NJB 16 (2022)
4 mei 2022
NJB 15 (2022)
28 april 2022