Artikelen van Dave van Toor

Tijdschrift NJB 9 (2018)
De toelaatbaarheid van Med-Arb naar Nederlands recht
Bas van Zelst
Med-Arb (mediation-arbitrage) is een procedure waarbij een mediator arbiter kan worden als het mediationtraject niet tot een oplossing leidt. Tegen het mechanisme kunnen allerlei bezwaren worden ingebracht, maar het biedt ook belangrijke voordelen, met name snelheid en finaliteit, terwijl tegelijkertijd een minnelijke oplossing het primaire doel blijft. In deze bijdrage wordt onderzocht of de bezwaren naar Nederlands recht aan Med-Arb in de weg staan en worden de Amerikaanse ervaringen met Med-Arb besproken. Ook wordt in de Nederlandse context ingegaan op zowel processuele als materiële aspecten van Med-Arb. Geconcludeerd wordt dat wanneer in de Med-Arb-overeenkomst en het Med-Arb-proces aan een aantal specifieke aspecten voldoende aandacht wordt besteed, een Med-Arb-proces leidt tot een in beginsel in binnen- en buitenland tenuitvoer te leggen scheidsrechterlijke beslissing.

Lees het hele artikel in Navigator.

Onterecht in voorarrest
Dave van Toor
Over de besluitvorming met betrekking tot het voorarrest bestaat veel discussie, met name over de gewoonte van de beslissing, waardoor veel personen in voorarrest zitten, en de gebrekkige motivering van die beslissing. In principe ligt er een taak voor politie, justitie en de rechtspraak om onderzoek te doen naar de zaken waarin uiteindelijk een schadevergoeding wordt uitgekeerd (of dit dossieronderzoek te ondersteunen). Die organisaties zouden intrinsiek gemotiveerd moeten zijn om het aantal schadevergoedingen en de totale kostenpost te verlagen. Duits onderzoek laat zien dat patronen zijn te ontdekken in de onterechte voorarresten, waaruit lessen kunnen worden geleerd. Uit Amerikaans onderzoek zouden instrumenten kunnen worden overgenomen om de beslissing te rationaliseren.

Lees het hele artikel in Navigator.

Een precedent zonder precedentwerking
Arte Brueren en Mentko Nap
In de zomer van 2017 behandelde de Tweede Kamer de tweede lezing van het initiatiefvoorstel tot gedeeltelijke afschaffing van het toetsingsverbod van artikel 120 Grondwet. De eerste lezing daarvan was in 2009 afgerond. De Kamer die mede met het oog op deze grondwetsherziening was verkozen, was inmiddels al twee keer vervangen. De regering concludeerde daarom dat dit initiatiefwetsvoorstel niet meer ter tafel lag. Die conclusie ging de Kamer te ver en zij verzocht de Afdeling advisering van de Raad van State om voorlichting. Die concludeerde dat uitsluitend de Tweede Kamer die gekozen is na de ontbinding die volgt op de eerste lezing van een grondwetsherzieningsvoorstel, bevoegd is om de tweede lezing ter hand te nemen. Deze redenering wijkt op belangrijke punten af van wat de Raad van State eerder in een advies heeft gesteld. En wat steekt, is dat de voorlichting van die afwijkingen niet expliciet doet blijken integendeel, het lijkt wel alsof ze worden weggemasseerd.

Lees het hele artikel in Navigator.

Wat te doen als de vijand de nucleaire optie loslaat op het Binnenhof?
Paul Bovend'Eert
Is het nodig een regeling met betrekking tot designated survivors op te tuigen voor het geval doemscenario’s werkelijkheid worden? De Grondwet biedt al soelaas. Designated survivors aanwijzen kan echter geen kwaad.

Lees het hele artikel in Navigator.

Reactie op 'Doos drie'
Jan Ilsink
Doorgaans zijn de stukjes van Peter Wattel voor mij als eenvoudige praktijkjurist buitengewoon leerzaam, met name als ze over Europees recht gaan. Ik lees ze dan ook graag. Maar in zijn laatste schrijfsel gebruikt hij in zijn aanklacht tegen de fiscale wetgever wel erg grote woorden.

Lees het hele artikel in Navigator.

28 februari 2018
Tijdschrift NJB 21 (2017)
De Tengelhamer en het Schedeldak
Peter J. van Koppen
Rapporten van het NFI kennen regelmatig terugkerende problemen. Die worden in dit artikel aan de hand van een enkel NFI-rapport, waarin een aantal van die problemen samenkomt, onderzocht. Een deel van deze problemen wordt veroorzaakt door staand beleid van het NFI en geldt derhalve voor elk rapport. Het ware verstandig om de rapportering door het NFI en de kwaliteit ervan eens systematisch te onderzoeken. Naast de aan de hand van deze casus gerapporteerde problemen heeft het verkort rapporteren door de NFI, een efficiency-maatregel die sinds kort standaard wordt gehanteerd, tot gevolg dat de verdediging buitenspel wordt gezet. Het maakt het onmogelijk om serieus over een NFI-rapport te discussiëren.


Lees het hele artikel in Navigator.

De parlementaire enquête geëvalueerd
Jacques Sluysmans
De Tijdelijke Commissie Evaluatie Wet op de Parlementaire Enquête (TCEWPE) heeft eind februari, kort voor de verkiezingen, haar werkzaamheden afgerond via het aanbieden van een rapport waarin drie parlementaire enquêtes worden geëvalueerd. Het rapport is behoorlijk evenwichtig van toon. De commissie heeft zich niet laten ‘meeslepen’ door soms wellicht wat door emotie ingegeven oproepen van recente enquêtecommissies, maar zuiver afgewogen wat er wel en niet zou moeten worden veranderd in het stelsel van de Wet op de parlementaire enquête, en waarom dat zo is. Bij een viertal knelpunten wordt in deze bijdrage stilgestaan.


Lees het hele artikel in Navigator.

De toekomst van het rechtswetenschappelijke onderwijs
Dave van Toor
Het eerder dit jaar in het NJB gepubliceerde pleidooi voor meer aandacht in het juridisch onderwijs voor kritische reflectie op het positieve recht vanuit andere wetenschapsgebieden is sympathiek en noodzakelijk. Integratie van dit analyseniveau in bestaande cursussen zou echter teveel vergen van de docenten. De grenzen tussen opleidingen zouden moeten vervagen, zodat studenten minors kunnen volgen of duaal of parallel twee programma’s kunnen volgen. Zo kan de student de benodigde kennis om kritisch te kunnen reflecteren bij de bron gaan halen.


Lees het hele artikel in Navigator.

Ook onfatsoen verdient bescherming
Ine van Haaren-Dresens
Hun afschuw van de uitingen op Geen Stijl is invoelbaar, maar dat burgers buiten de strafrechtelijke kanalen om de uitingsvrijheid vanwege de inhoud van uitingen trachten te beperken en dat ministers dat onderschrijven, past naar het oordeel van de auteur niet bij een democratische rechtsstaat.


Lees het hele artikel in Navigator.

Genormaliseerde ambtenaren
Twan Tak
In NJB 8 (2017/420) trof ik weer eens een verhandeling aan over het normaliseren van ambtenaren, in dit geval door professor Barentsen. Het is opvallend dat bij al dit soort bijdragen steeds uitsluitend aandacht wordt geschonken aan de technische kant van het ‘omturnen’ van de oude ambtenaren naar ‘normale’ werknemers, met ‘normale’ arbeidscontracten en arbeidsvoorwaarden.


Lees het hele artikel in Navigator.

24 mei 2017
Tijdschrift NJB 17 (2017)
Handhaving van de openbare orde bij demonstraties
Alex Bood
Het recht om te demonstreren is in onze pluriforme samenleving een groot goed. Recente incidenten rond demonstraties doen echter vermoeden dat de Wet openbare manifestaties misschien niet zo’n rustig bezit is als het kabinet denkt. Het is de vraag of burgemeesters wel altijd voldoende beseffen dat de grondwettelijke en verdragsrechtelijke status van het recht om te demonstreren om terughoudend overheidsoptreden vraagt ook als de openbare orde in het geding is.


Lees het hele artikel in Navigator.

Neurowetenschappen en jeugdstrafrecht
Dave van Toor
Onlangs werd in opdracht van het WODC onderzoek uitgevoerd naar neurowetenschappelijk onderzoek naar meetinstrumenten voor agressief gedrag, preventie van delinquent gedrag en het ontwikkelen van nieuwe of aanvullende interventiemogelijkheden in het jeugdstrafrecht. Dat onderzoek wordt in deze bijdrage beknopt besproken, waarbij de focus ligt op de doelstelling, de onderzoeksvragen en methoden, en de conclusies. Daarna volgt een analyse over de bruikbaarheid van de bevindingen voor jeugdrechters en het jeugdstrafrecht. Met name de introductie van het neurowetenschappelijke instrumentarium als onderdeel van voorwaardelijke straffen en de via de voorwaarden afgedwongen toestemming verdienen nader diepgaand en multidisciplinair juridisch-ethisch-psychologisch onderzoek.


Lees het hele artikel in Navigator.

Een juridische citatie-index
Wirt Soetenhorst
In tegenstelling tot de internationale wereld van de exacte wetenschappen ontbeert het in de Nederlande juridische wereld tot op heden aan een index waarin wetenschappelijke publicaties kwantitatief meetbaar en toonbaar worden gemaakt.


Lees het hele artikel in Navigator.

26 april 2017
Tijdschrift NJB 32 (2015)
De onstuitbare opmars van drones
Jan-Jaap Oerlemans en Bart Custers
Naast vele mogelijkheden brengt het gebruik van drones ook risico’s met zich mee, in het bijzonder op het terrein van (luchtvaart)veiligheid en privacy. Met het oog op die risico’s is het vliegen met drones onderhevig aan (strikte) regelgeving. Met name recreatieve gebruikers zullen niet altijd op de hoogte zijn van de regels noch zich daar altijd aan houden. Daarmee lijkt het huidige stelsel op handhavingsproblemen te stuiten. In deze bijdrage staat de vraag centraal of de wettelijke kaders in de luchtvaartwetgeving voor het gebruik van drones voldoende zijn toegerust op de technologische ontwikkelingen. Daarbij worden de mogelijkheden voor het gebruik van drones, de knelpunten van het huidig juridisch kader en een onlangs aangekondigd nieuw voorstel in ogenschouw genomen.
Hulp bij zelfdoding door intimi
Govert den Hartogh
De uitspraak van het Hof Arnhem in de zaak Heringa erkent Albert Heringa uiteindelijk toch niet als goede zoon, maar alleen als invallend onbezoldigd hulpverlener. Omdat het beroep op artikel 8 EVRM van belang is voor de juiste opvatting van het conflict van plichten waarin Albert Heringa een legitieme keuze heeft gemaakt, had het op de weg van het hof gelegen op dit beroep in te gaan. Gelukkig krijgt de Hoge Raad, naar het zich laat aanzien, in cassatie de gelegenheid om deze omissie te corrigeren. Er is nu sprake van een ongewenste mate van rechtsonzekerheid, die wel eens in strijd zou kunnen zijn met de eisen van artikel 8 lid 2 EVRM. Een rechterlijke uitspraak die de strafbaarheid van hulp zou beperken tot gevallen waarin niet vastgesteld kan worden dat de betrokkene zonder druk of manipulatie en in het volle bezit van zijn geestvermogens tot de beslissing is gekomen, zou daaraan een welkom einde maken, in overeenstemming met de erkende mensenrechten en het heersende rechtsgevoel.
De kracht van het verhoor en het belang van een goede verdediging
Dave van Toor
De korpschef is bang dat het verhoor als opsporingsmiddel zijn kracht verliest als advocaten worden toegelaten tot de verhoorkamer. Anderzijds wil hij een poule van topadvocaten samenstellen die agenten na een schietincident moeten bijstaan. Deze stellingen over de positie van de raadsman zijn op zijn minst verwonderlijk te noemen.
Grondwettelijke toetsing door de rechter
Nico Schrijver
In de prachtige kroniekenspecial De Staat van het Recht (NJB 2015/735, afl. 15, p. 993-1005) nagelt chroniqueur Ondernemingsrecht prof.mr. H.J. de Kluiver de Eerste Kamer der Staten-Generaal aan de schandpaal omdat de Eerste Kamer niet bereid zou zijn geweest een voorstel tot rechterlijke toetsing van de Grondwet te aanvaarden.
Naschrift
Harm-Jan de Kluiver
Graag zeg ik collega Schrijver dank voor zijn reactie op de zijdelingse verzuchting over de grondwettelijke toetsing in mijn kroniek over ontwikkelingen in het Ondernemingsrecht.
22 september 2015
Tijdschrift NJB 45 (2013)
Themanummer ‘Neurolaw in Nederland’
Katy de Kogel, Paul van de Beek, Frans Leeuw, Gerben Meynen en Lizanne Westgeest

De betekenis van de neurowetenschappen voor het recht

De neurowetenschappen hebben steeds meer invloed op andere disciplines gekregen. Zo zijn er de neurolinguïstiek, de neuropsychologie en neuro-economie. Sinds een paar jaar bestaat ook de term ‘neurolaw’, een wetenschapsgebied dat de betekenis van de neurowetenschappen voor het recht onderzoekt. Daar is behoefte aan. Er is een aanhoudende stroom neurowetenschappelijke bevindingen die op zijn minst lijken te raken aan het recht. Zo wordt er onderzoek gedaan naar neurobiologische aspecten van agressie en antisociaal gedrag.

Neurobiologische informatie in Nederlandse strafzaken
Katy de Kogel en Lizanne Westgeest

Om meer inzicht te krijgen in de wijze waarop neurobiologische informatie in de rechtspraktijk wordt gebruikt, is een inventarisatie gemaakt van Nederlandse strafzaken waarin neurobiologische of gedragsgenetische informatie aan de orde komt. In dit artikel worden in vogelvlucht enkele eerste resultaten gepresenteerd.

Medicijngebruik, agressie en strafrechtelijke verantwoordelijkheid
David Roef en Robert-Jan Verkes

Wetenschappers voeren al meer dan twintig jaar een heftig debat over de relatie tussen agressie en bepaalde geneesmiddelen. Maar wat weten we nu eigenlijk over de agressieve bijwerkingen van bepaalde medicijnen? En wat zijn in Nederland de strafrechtelijke consequenties van een mogelijk verband tussen medicatiegebruik en geweldsdelicten?

Enkele juridische aandachtspunten bij Diepe Hersenstimulatie
Damiaan Denys en Paul van de Beek

Hedendaagse geneeskundige behandelingen in de neurologie en psychiatrie zoals Diepe Hersenstimulatie (DHS) hebben een directe invloed op de hersenactiviteit en kunnen daardoor het menselijk gedrag ingrijpend beïnvloeden. Door deze techniek kunnen patiënten impulsiever worden, gaan gokken, andere partners zoeken, of geld uitgeven, enz. Hoewel er enkele casus in de medische en ethische literatuur zijn beschreven, is er tot op heden geen jurisprudentie of wetgeving rond DHS en aansprakelijkheid. In dit artikel wordt ingegaan op juridische aandachtspunten en zorgvuldigheidsvereisten die bij de geneeskundige behandelingsovereenkomst bij DHS spelen.

Makkelijk gedacht
Dave van Toor, Jonathan Soeharno en Jan Smits

Over (neuro)psychologie van oordeelsvorming door de rechter

De neuropsychologie kan alle personen die beslissingen moeten nemen, en dus ook juristen, inzichten bieden in oordeel- en beslismechanismen. In het Nederlandse onderzoek naar rechterlijke oordeelsvorming is de neuropsychologische invalshoek onderbelicht waardoor een essentiële dynamiek van de besluitvorming niet wordt onderzocht.

18 december 2013
Tijdschrift NJB 8 (2013)
Op weg naar een nieuwe wrakingsprocedure
Ivo Giesen, François Kristen, Liesbeth Enneking en Leonie van Lent
Meer legitimiteit en minder oneigenlijk gebruik
Wrakingsverzoeken worden steeds vaker ingediend, maar níet vaker gehonoreerd. Dit suggereert dat het middel ‘oneigenlijk’ wordt ingezet. De effectiviteit van de regeling komt echter onder druk te staan als miskend wordt dat deze een correctiemechanisme is voor uitzonderlijke gevallen. Oneigenlijk gebruik knaagt derhalve aan de fundamenten van onze rechtspleging. Auteurs maken een rechtsvergelijkende analyse van de wrakingsprocedures in een tiental andere rechtsstelsels als inspiratie ter verbetering van het eigen recht. Uit deze analyse vloeien een aantal aanbevelingen voort met betrekking tot mogelijke contouren voor een aangepaste Nederlandse regeling. De contouren van deze nieuwe wrakingsregeling bevatten aan de ene kant prikkels om het oneigenlijk gebruik te temperen terwijl tegelijkertijd de legitimiteit van het instrument, en daarmee het maatschappelijk draagvlak, wordt vergroot.
Het decryptiebevel en het nemo-teneturbeginsel
Dave van Toor
Minister Opstelten wil een nieuwe strafbepaling om verdachten te verplichten versleutelde (kinderporno) bestanden te ontsleutelen. Het voorstel om bij het niet-meewerken aan dit zogenoemde decryptiebevel een gevangenisstraf van maximaal twee jaar op te kunnen leggen, lijkt gezien de mate van dwang onverenigbaar met art. 6 EVRM.
Alweer aanpassing ‘cookiewet’ voorgesteld: beter ten halve gekeerd
Godfried van Berkel
Sinds 1 januari wordt de internetter bij elke site die hij wil bezoeken geconfronteerd met de vraag of hij ‘cookies’ accepteert: de Cookiewet is in werking getreden. Deze toevoeging aan de Telecommunicatiewet gaat echter verder dan gevergd door de Richtlijn burgerrechten. Met een amendement heeft de Tweede Kamer een ‘kop’ op deze Europese regeling gezet om een koppeling met de Wet bescherming persoonsgegevens tot stand te brengen. De expliciete toestemming die daardoor verplicht is gesteld, maakt het onmogelijk voor de branche om tot een goed werkende standaard te komen voor een do not track-functie.
Goedwillende hackers, responsible disclosure en strafrecht
Mikhel Timmerman
Door het ontbreken van duidelijk beleid over het melden van kwetsbaarheden in informatiesystemen wisten goedwillende hackers tot nu toe vaak niet bij wie de kwetsbaarheden te melden en hoe met die melding zou worden omgegaan. Vanuit Justitie is daarom een Leidraad opgesteld die moet bijdragen aan een praktijk van responsible disclosure. In het licht van het stimuleren van de meldingsbereidheid van goedwillende hackers was het beter geweest de leidraad te doen vergezellen van een vervolgingsrichtlijn van het Openbaar Ministerie.
22 februari 2013