Wet van 10-02-2021, Stb. 2021, 89

Wet tot wijziging van het ­voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwedienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster, alsmede technische verbeteringen onder meer in verband met taken van het Commissariaat voor de Media

Bij de stemming in de Tweede Kamer over het wetsvoorstel tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwedienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster, alsmede technische verbeteringen onder meer in verband met taken van het Commissariaat voor de Media (Kamerstukken 35 042), was onder andere het amendement-Aartsen en Van der Molen (Kamerstukken II 2018/19, 35 042, nr. 18) aangenomen. Dit amendement regelde dat:

  1. het lidmaatschap van de raad van toezicht of het bestuur van een omroepvereniging of samenwerkingsomroep onverenigbaar is met het lidmaatschap van een van beide Kamers der Staten-Generaal; en
  2. het lidmaatschap van de raad van toezicht of het bestuur van een omroepvereniging of samenwerkingsomroep, de NPO, de RPO, de NOS, de NTR of de Ster onverenigbaar is met een bestuursfunctie of dienstbetrekking bij een politieke partij voor zover de bestuursfunctie of dienstbetrekking op landelijk niveau wordt uitgeoefend.

De Afdeling advisering van de Raad van State kwam tot het oordeel dat de effectiviteit van het amendement uiterst beperkt is. Daarnaast concludeerde zij dat dit amendement op onderdelen in strijd is met artikel 57 Grondwet en met artikel 8 Grondwet en artikel 11 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Naar aanleiding daarvan achtte de regering het wenselijk de toevoegingen aan het wetsvoorstel door het gewijzigde amendement-Aartsen en Van der Molen ongedaan te maken. Deze novelle strekt daartoe.

Inwerkingtreding met ingang van 01-03-2021.

Kamerstukken