Wetsvoorstel (20-06-2020) tot wijziging van de Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring met het oog op het handhaven van de mogelijkheden om maatregelen te nemen ten aanzien van overlastgevende vreemdelingen

—Het wetsvoorstel strekt tot aanpassing van het in 2015 ingediende voorstel van wet, houdende regels met betrekking tot terugkeer van vreemdelingen en vreemdelingenbewaring (Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring, Wtvb) (Kamerstukken 34 309), dat thans in behandeling is bij de Eerste Kamer. Dit wetsvoorstel Wtvb schiet volgens de regering op een aantal punten, gezien de veranderde situatie sinds 2015, tekort met name ten aanzien van de groep overlastgevende vreemdelingen die in asielzoekerscentra of de openbare ruimte en in bewaring voor grote problemen zorgt. Het onderhavige wetsvoorstel beoogt ervoor te zorgen dat de huidige praktijk om overlastgevers effectief aan te pakken gehandhaafd kan blijven, zonder afbreuk te doen aan het uitgangspunt van minimale beperkingen van het wetsvoorstel Wtvb.

De mogelijkheden om overlastgevende vreemdelingen die nog in de asielprocedure zitten een vrijheidsbeperkende maatregel op te leggen worden naar huidig inzicht volgens de regering te beperkt vormgegeven in het wetsvoorstel Wtvb. Om dit op te lossen wordt met onderhavig wetsvoorstel het huidige artikel 56 Vw 2000 gehandhaafd. Hierdoor kan de huidige praktijk van de Handhaving- en Toezichtlocatie gehandhaafd blijven in een toekomstige specialistische opvanglocatie voor overlastgevende asielzoekers, terwijl dit zonder aanpassing van het wetsvoorstel mogelijk juridische risico’s kan opleveren. Dergelijke risico’s acht de regering gezien de problematiek rondom overlastgevende asielzoekers niet aanvaardbaar.

Een tweede punt van aanpassing is het voorstel dat het wetsvoorstel Wtvb zo aanpast dat een lockdown met gefaseerde uitbreiding van het dagprogramma ook in de toekomst mogelijk blijft en met voldoende waarborgen is omkleed. De directeur krijgt daartoe in de Wtvb de bevoegdheid om, zowel in het verblijfsregime als het beheersregime, een lockdown van maximaal zes weken in te stellen. Daarbij kunnen vreemdelingen gedurende maximaal 23 uur per dag worden ingesloten op hun cel en in fasen toewerken naar een volledig dagprogramma, totdat de situatie onder controle is. In het voorstel zoals dat aan de Afdeling advisering van de Raad van State was voorgelegd, was opgenomen dat deze lockdown maximaal 6 weken mocht duren. De Afdeling adviseerde dit eerder tot enkele dagen te maximeren. Volgens de regering is dat niet uitvoerbaar. Het weer opstarten vereist volgens haar een zorgvuldige aanpak, waarbij het noodzakelijk kan blijken ook weer af te schalen in eerder verleende vrijheden. Een zorgvuldige uitvoering van dit proces waarbij gefaseerd en gevarieerd op- en afgeschaald kan worden, vergt een periode van minimaal vier weken, aldus de regering. Het voorstel is daarop aangepast in die zin dat lockdown maximaal vier weken kan duren.

Een derde punt van aanpassing betreft het aanvullen van het nieuwe wettelijke kader met een nationale grondslag voor vreemdelingenbewaring voor die vreemdelingen die niet vallen onder het toepassingsbereik van de EU-Terugkeerrichtlijn, de EU-Opvangrichtlijn of de Dublinverordening. Nederland heeft de afgelopen tijd te maken met ook nog een andere vorm van overlast, namelijk in de publieke ruimte en veroorzaakt door vreemdelingen die hier illegaal verblijven maar die in een andere lidstaat een verblijfsstatus hebben. Deze secundaire migratie brengt een oneigenlijke belasting van de Nederlandse voorzieningen mee. Daarnaast gaat het in voorkomende gevallen om rondtrekkende statushouders die EU-breed in diverse lidstaten voor problemen zorgen. Ook Unieburgers veroorzaken soms overlast. Voor beide groepen achthet kabinet het belangrijk dat men vertrekt naar het land van herkomst of naar het land dat de verblijfsstatus heeft verleend, eventueel met dwang en voorafgaande bewaring indien noodzakelijk. Thans ontbreekt een specifiek voor deze gevallen bedoelde nationale grondslag in de Vw 2000.

Door het streven de Wtvb zo snel mogelijk plenair te kunnen behandelen in de EK, waar op voortgang is aangedrongen, is ervoor gekozen geen consultatieadviezen te vragen. Naar aanleiding van het advies van de Afdeling, die dit met name op het ingrijpende punt van de lockdown wél adviseerde, worden de volgende instanties alsnog schriftelijk om advies gevraagd: Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken, Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming, Nationale ombudsman, Amnesty International, Nederlandse Orde van Advocaten en de Vereniging Asieladvocaten en -Juristen Nederland. Het adviesverzoek geschiedt direct na aanbieding van het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer.

Kamerstukken