Wet van 7-11-2011, Stb. 2011, 568
Wet tot wijziging van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg onder andere in verband met de opneming van de mogelijkheid tot taakherschikking
—Met deze wet wordt ondermeer een nieuw artikel 36a aan de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) toegevoegd. Op grond daarvan kunnen bij wijze van experiment bepaalde categorieën beroepsbeoefenaren bij algemene maatregel van bestuur voor een bepaalde periode zelfstandig bevoegd worden verklaard tot het indiceren en verrichten van in de maatregel aangewezen handelingen. De artikelen 35 en 38 van de Wet BIG moeten in verband met het nieuwe artikel 36a eveneens worden aangepast.
Een van de oplossingen voor het capaciteitsprobleem in de gezondheidszorg ligt in taakherschikking. Onder taakherschikking wordt het structureel herverdelen van taken tussen verschillende beroepen verstaan, met het oog op doelmatige inzet van kunde en capaciteit.
Uitgangspunt van de Wet BIG is dat de uitoefening van de geneeskunst is vrijgelaten. Uitzondering hierop is de regeling van voorbehouden handelingen. In artikel 36 van de Wet BIG is geregeld dat deze risicovolle handelingen slechts door een beperkt aantal in de wet aangewezen beroepsbeoefenaren zelfstandig mogen worden verricht. De Wet BIG biedt beroepsbeoefenaren nu al wel mogelijkheden taken te delegeren of anders te verdelen. Zo bestaat op grond van de artikelen 35 en 38 de mogelijkheid dat anderen in opdracht van een zelfstandig bevoegde voorbehouden handelingen verrichten. Daarnaast kunnen op grond van artikel 39 van de Wet BIG bepaalde categorieën daartoe opgeleide personen deze handelingen ‘functioneel zelfstandig’ verrichten. Dit houdt in: wel in opdracht van een zelfstandig bevoegde, maar zonder diens toezicht en tussenkomst. Op het eerste gezicht lijkt de regeling voorbehouden handelingen weinig belemmeringen op te leveren voor taakherschikking, want zolang de opdrachtgever en opdrachtnemer handelen in overeenstemming met de artikelen 35, 38 of 39 is er niets aan de hand. In de praktijk echter blijkt deze regeling niet goed bruikbaar voor taakherschikking, vandaar deze wijziging. Voor een verantwoorde en effectieve invoering van taakherschikking is het nodig aan de beroepsbeoefenaren, die taken overnemen, de volledige bevoegdheid en verantwoordelijkheid voor bepaalde voorbehouden handelingen toe te kennen. Dit houdt in dat deze beroepsbeoefenaren op eigen gezag bepaalde voorbehouden handelingen mogen indiceren en verrichten binnen het eigen deskundigheidsgebied. Daarnaast wil de wet meer transparantie en openheid bewerkstelligen ten aanzien van aan geregistreerden opgelegde maatregelen, ten eerste door te regelen dat meer aantekeningen in het BIG-register geregistreerd moeten worden en dat daarvan openbaar kennis moet worden gegeven.
Inwerkingtreding
Inwerkingtredingsbesluit van 13-12-2011, Stb. 2011, 631
Artikel I, onderdelen H, I, J, K en L van de Wet van 7 november 2011, houdende wijziging van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg onder andere in verband met de opneming van de mogelijkheid tot taakherschikking (Stb. 568) treedt in werking met ingang van 1-1-2012
—De Wet treedt voor het overige en met uitzondering van artikel I, onderdeel G, in werking met ingang van 1 juli 2012.
Kamerstukken
- TK 2009/10, 32 261, nr. 1
- TK 2009/10, 32 261, nr. 2
- TK 2009/10, 32 261, nr. 3
- TK 2009/10, 32 261, nr. 4
- TK 2009/10, 32 261, nr. 5
- TK 2009/10, 32 261, nr. 6
- TK 2009/10, 32 261, nr. 7
- TK 2010/11, 32 261, nr. 8
- TK 2010/11, 32 261, nr. 13
- TK 2010/11, 32 261, nr. 14
- TK 2010/11, 32 261, nr. 18
- TK 2010/11, 32 261, nr. 21
- TK 2010/11, 32 261, nr. 23
- TK 2011/12, 32 261, nr. 24
- EK 2010/11, 32 261, nr. A
- EK 2010/11, 32 261, nr. B
- EK 2011/12, 32 261, nr. C
- EK 2011/12, 32 261, nr. D