De Rechtbank in Den Haag heeft op 18 februari een rechterlijk pardon uitgesproken en bepaald dat aan de verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd. Aan een verdachte kan geen gevangenisstraf worden opgelegd als de misdrijven die hij heeft begaan, niet aan hem kunnen worden toegerekend. Of dat in deze zaak het geval is, kan niet worden vastgesteld omdat de rapportages van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP) ontbreken.

Verdachte heeft familieleden mishandeld en bedreigd. Desondanks wordt hij met onmiddellijke ingang in vrijheid gesteld. De rechtbank is onvoldoende geïnformeerd over de toerekeningsvatbaarheid en behandelmogelijkheden van de verdachte. De man heeft ernstige psychische problemen en werd eerder in GGZ Rivierduinen opgenomen. Toen justitie de verdachte vast had gezet, is toegezegd dat een psycholoog en een psychiater van het NIFP zouden rapporteren. Dat is de voorgeschreven gang van zaken.

 

Onacceptabel


Vanwege capaciteitsgebrek bij het NIFP is er niet gerapporteerd. Er zijn ook geen voorbereidingen voor een zorgmachtiging getroffen. De reclassering adviseerde om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. De advocaat van de verdachte ging hiermee akkoord en heeft gevraagd om zijn cliënt langer vast te houden omdat nog onbekend is of er binnen de psychiatrische zorg een plek voor hem is. De rechtbank gaat hier niet in mee, noemt de gang van zaken onacceptabel en wijst de overheid op haar zorgplicht voor deze psychiatrische patiënt. Aan een verdachte kan geen gevangenisstraf worden opgelegd als de misdrijven die hij heeft begaan, niet aan hem kunnen worden toegerekend. Of dat in deze zaak het geval is, kan niet worden vastgesteld omdat de rapportages van het NIFP ontbreken.

 

Bron: www.rechtspraak.nl 

ECLI:NL:RBDHA:2020:1267

Laatste nieuws