Uit een op 20 november 2023 gepubliceerd onderzoek van DSP-groep en I&O Research in opdracht van de WODC, blijkt de omvang van intimidatie via juridische procedures van politieke ambtsdragers en overheidsmedewerkers beperkt te zijn. Maar de impact van dergelijke procedures op medewerkers en organisaties kan groot zijn. De aanpak raakt daarnaast aan thema’s als toegang tot het recht en de juridificering van de samenleving.
De Nederlandse wetgeving biedt verschillende juridische procedures om de rechten van burgers te beschermen tegen onrechtmatig handelen van overheidsorganen zoals bestuursrechtelijke, civielrechtelijke en strafrechtelijke procedures, klachtenregelingen en Wob- of Woo-verzoeken. Deze wettelijke middelen kunnen echter ook op een oneigenlijke manier worden gebruikt en worden ingezet als middel om bestuurders en overheidsmedewerkers te intimideren. Het gaat dan om een relatief nieuw fenomeen: het intimideren van politieke ambtsdragers en overheidsmedewerkers door middel van het inzetten van wettelijke middelen.
Intimiderende procedures
De onderzoekers concluderen in de verkenning dat de omvang van deze vorm van intimidatie beperkt blijkt te zijn, maar dat de impact op de personen en de organisatie groot kan zijn. Bovendien raakt de aanpak ervan aan thema’s als de toegang tot het recht, de gespannen relatie tussen overheid en burger en de juridificering van de samenleving. Het onderzoek richtte zich vooral op politieke ambtsdragers en overheidsmedewerkers van lokale overheden. Zij zijn extra zichtbaar en mogelijk extra kwetsbaar voor intimidatie door juridische procedures. Dat komt door de geringe afstand tussen het bestuur en de burger. Daarnaast hebben hun beslissingen vaak directe invloed op de persoonlijke omgeving van de burgers en de ondernemers in de gemeente. Slechts een klein aantal overheidsbestuurders en ‑medewerkers heeft aangegeven dat ze het afgelopen jaar te maken heeft gehad met intimidatie door (het dreigen met) juridische procedures. Het gaat dan bijvoorbeeld om een overweldigende hoeveelheid verzoeken, vaak over een langere periode. Ook de houding van de indiener, zoals het op de persoon spelen en het taalgebruik, draagt bij aan de mate waarin een procedure als intimiderend wordt ervaren. Daarnaast komt ook een combinatie met andere vormen van agressie en geweld regelmatig voor. In de meeste gevallen zijn het burgers en ondernemers die juridische procedures inzetten. Vaak gaat het om zogenoemde veelprocedeerders die meerdere vormen van procedures starten en andere vormen van agressie en geweld inzetten of de pers erbij halen.
Geïntegreerde aanpak nodig
Intimidatie via wettelijke middelen is een van de vormen van agressie en geweld waar politieke ambtsdragers en overheidsmedewerkers mee te maken kunnen krijgen. Een aparte aanpak voor dit fenomeen lijkt de onderzoekers niet wenselijk. Daarvoor is de samenhang met andere factoren en aanpakken te groot. Zij zien meer in aandacht hiervoor in de bestaande aanpakken van agressie en geweld, en het volgen van het fenomeen via de monitor Veiligheid en integriteit. Daarnaast kan aansluiting worden gezocht bij de plannen van de adviesraad Weerbaar Bestuur, zoals de verkenning rondom juridische ondersteuning voor gemeenten via een helpdeskfunctie en flexibel inzetbare capaciteit. Ook kan meer worden ingezet op het verbeteren van de relatie en het aangaan van gesprekken tussen overheid en burgers om een verdere juridificering tegengaan.
Bron: www.wodc.nl