De registratie van burgers op de terrorisme- en extremismelijst is een black box. Burgers weten niet dát ze in beeld zijn en met welke instanties en landen informatie over hen wordt gedeeld. Hierdoor komt hun recht op privacy onder druk te staan. Dat schrijft de Nationale Ombudsman in op 12 november 2024 verschenen rapport over de omgang van de overheid met gegevens van burgers met een Contraterrorisme, Extremisme en Radicalisering (CTER)-registratie.
Sinds 2018 registeren en monitoren de politie en de Koninklijke Marechaussee personen die mogelijk een dreiging voor de samenleving gaan vormen. Daarbij wordt naar jihadisme en naar links- en rechtsextremisme gekeken. Hoewel er na 2018 de nodige verbeteringen zijn doorgevoerd, is de ombudsman kritisch over het huidige proces. Het CTER-proces is een black box. Burgers weten niet dát ze in beeld zijn en met welke instanties en landen informatie over hen wordt gedeeld. Daarnaast laat het onderzoek zien dat het voor burgers vrijwel onmogelijk is om hun registratie aan te vechten. In reactie op hun inzageverzoek krijgen ze vaak te horen dat de gevraagde informatie niet gedeeld kan worden in verband met de nationale veiligheid. Of dat de informatie al verwijderd is. Procedures bij onafhankelijke organisaties zijn bij burgers onbekend en niet laagdrempelig. Het lukt burgers niet om een antwoord te krijgen op de vraag; wat is er nu eigenlijk gebeurd en mocht dat?
Onafhankelijk toezicht nodig
CTER-registraties staan volgens de ombudsman op gespannen voet met de individuele rechten en vrijheden van burgers. De ombudsman roept betrokken instanties op het proces op orde te brengen en het perspectief van de burger structureel mee te wegen bij de beslissingen die zij nemen. Ook is het onafhankelijk toezicht op het CTER-proces te mager georganiseerd. Een structurele blik van buiten ontbreekt. Het toezicht is nu vooral achteraf georganiseerd. Fouten worden pas zichtbaar nadat de gevolgen al hebben plaatsgevonden. De ombudsman roept de Minister van JenV op om werk te maken van onafhankelijk en structureel toezicht. Dit toezicht zou net zo stevig moeten zijn als het toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. In beide gevallen gaat om het verwerken en zo nodig delen van zeer gevoelige informatie.
Blind vertrouwen? Een onderzoek naar CTER-registraties en de impact ervan op het leven van burgers