In zijn arrest van 18 augustus 2023 heeft de Hoge Raad uiteengezet wanneer individueel uitspraak op bezwaar moet worden gedaan in een bezwaarprocedure waarin een of meer rechtsvragen spelen die zijn aangewezen voor massaal bezwaar. In beginsel wordt in het geval van een voor massaal bezwaar aangewezen rechtsvraag slechts een collectieve uitspraak op bezwaar gedaan. Zo’n collectieve uitspraak kan echter alleen de gevolgen inhouden die voortvloeien uit de beantwoording door de belastingrechter van de voor massaal bezwaar aangewezen rechtsvraag. In bezwaarprocedures waarin ook andere kwesties aan de orde zijn dan de voor massaal bezwaar aangewezen rechtsvraag of rechtsvragen, kan een individuele uitspraak op bezwaar vereist blijven.
Bij een aanwijzing massaal bezwaar gaat het om de beantwoording van eenzelfde rechtsvraag die van belang is voor de beslissing op een groot aantal bezwaarschriften. De inspecteur selecteert een of meer zaken als proefprocedure(s) waarin die rechtsvraag aan de belastingrechter wordt voorgelegd. Nadat de aangewezen rechtsvraag, al dan niet met bepaalde samenhangende kwesties, onherroepelijk door de belastingrechter is beantwoord, beslist de inspecteur door middel van één collectieve uitspraak op alle bezwaren waarvoor de aanwijzing massaal bezwaar geldt. De inhoud van die collectieve uitspraak moet overeenstemmen met de rechterlijke beslissing in de proefprocedure(s) en moet zich lenen voor een collectieve, dus niet-individuele uitspraak. Daarom kan een collectieve uitspraak op bezwaar geen betrekking hebben op kwesties die nog een nadere beoordeling vereisen van de omstandigheden van het individuele geval. Tegen een collectieve uitspraak kan op grond van de wet geen beroep worden ingesteld. Dit om te voorkomen dat een belastingplichtige de rechtsvraag opnieuw ter beantwoording aan de rechter voorlegt. De inspecteur die in de proefprocedure geheel of gedeeltelijk ongelijk heeft gekregen, moet teruggaaf verlenen van de teveel betaalde belasting. Het besluit van de inspecteur over zo’n teruggaaf is niet voor bezwaar (en beroep) vatbaar. Dit geldt alleen voor gevallen waarin de inspecteur een besluit neemt over de – cijfermatig uitgewerkte – gevolgen die voortvloeien 1) uit het antwoord van de belastingrechter op de aangewezen rechtsvraag (en eventuele samenhangende kwesties) en 2) uit het antwoord op een vervolgvraag die noodzakelijkerwijs voortvloeit uit het antwoord op de aangewezen rechtsvraag. Als een bezwaar dat onder een aanwijzing massaal bezwaar valt, ook kwesties bevat waarvoor die aanwijzing niet geldt, moet de inspecteur op die andere kwesties beslissen bij een individuele uitspraak. Tegen die individuele uitspraak kan wel beroep worden ingesteld bij de belastingrechter.
Bron: www.hogeraad.nl