Het adviesrapport Zorgvuldigheid in de omgang met leeftijdsgrenzen in de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting is op 1 februari 2023 aangeboden aan de Tweede Kamer. De Universiteit voor Humanistiek, Fiom en Pro Facto voerden het onderzoek uit in opdracht van de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek ZonMw.
Uit het onderzoek blijkt dat er geen goede ethische gronden zijn om leeftijdsgrenzen te hanteren. Bovendien zorgen leeftijdsgrenzen binnen een gezin met meerdere donorkinderen voor dilemma’s, wanneer het oudere kind al gegevens heeft opgevraagd en het jongere kind dat volgens de wet nog niet mag. Ook kunnen donorkinderen en ouders via online DNA-databanken en sociale media al eerder zoeken naar donoren en donorhalfbroers en -zussen. Dat roept de vraag op hoeveel zin het stellen van leeftijdsgrenzen in de wet dan nog heeft. De wetgever wilde met de leeftijdsgrenzen de privacy van donoren beschermen, maar er is niet goed uitgelegd waarom dat nodig is. Er is niet onderbouwd waarom het delen van informatie met jongere donorkinderen een grotere inbreuk op de privacy van donoren zou zijn. Er is ook bijna geen onderzoek naar wat donoren zelf willen. De donoren waarmee de onderzoekers gesproken hebben staan open voor het eerder delen van informatie. De onderzoekers geven aan dat een leeftijdsgrens de nadruk legt op één persoon. Dit past niet bij vragen over afstamming. Die gaan altijd over meerdere personen: over relaties, gezinnen en families. Daarom concluderen de onderzoekers dat het in het belang van donorkinderen is als gezinnen op elk gewenst moment toegang hebben tot informatie over de donor. Ouders kunnen zelf het beste kijken waar en wanneer hun kinderen bescherming nodig hebben en wanneer het goed is om welke informatie te delen.
Samenvattend is het advies:
- Laat de leeftijdsgrenzen van 12 en 16 jaar vervallen en stel ook geen nieuwe leeftijdsgrenzen in.
- Zorg dat gezinnen op elk gewenst moment toegang hebben tot informatie over de donor.
- Zorg voor goede donorinformatie binnen het gezin, zodat donorkinderen daar altijd naar kunnen vragen.
- Zorg ook voor meer vormen waarin informatie over de donor wordt gegeven. Kinderen hebben niet altijd behoefte aan direct contact, daarom is het goed om informatie uit te breiden met bijvoorbeeld een video, foto’s of een brief.
- Zorg voor goede voorlichting, begeleiding en ondersteuning in alle fasen van het opgroeien voor donorkinderen, ouders, donoren en de mensen om hen heen. Deze zorg kan worden gegeven in de hele jeugdgezondheidszorgketen: bijvoorbeeld fertiliteitsklinieken, consultatiebureaus, schoolartsen, centra voor jeugd en gezin.
- Doe onderzoek naar de praktische gevolgen en uitvoering van dit advies. Onder meer naar een laagdrempelige en toegankelijke procedure voor het opvragen en delen van informatie, met voldoende ruimte voor maatwerk.
Zorgvuldigheid in de omgang met leeftijdsgrenzen in de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting
Bron: www.pro-facto.nl