Het civiele proces wordt eenvoudiger door de invoering van een basisprocedure die bestaat uit één schriftelijke ronde, één mondelinge behandeling bij de rechter en daarna een uitspraak. Bovendien beginnen procedures straks digitaal. Dit blijkt uit een wetsvoorstel waarmee de ministerraad heeft ingestemd.

De kern van de voorgestelde procedure is een mondelinge behandeling, al vrij snel na de start van de procedure. Hierdoor heeft de rechter vroeg contact met partijen en kan hen dan om een toelichting vragen, getuigen of deskundigen horen en schikkingsmogelijkheden aftasten. Ook kan hij gelegenheid bieden om te pleiten. Is de zaak ingewikkeld, dan kan de rechter de basisprocedure aanvullen met een extra schriftelijke of mondelinge ronde. Hierdoor heeft hij meer invloed op het verloop van de procedure, kan hij beter inspelen op de behoeften van rechtzoekenden en meer maatwerk leveren. Partijen krijgen duidelijkheid over termijnen om verweer te voeren en nadere stukken in te dienen. Dat zorgt voor kortere doorlooptijden en een overzichtelijker en meer voorspelbare rechtsgang. In het merendeel van de gevallen moet binnen zes weken na de mondelinge behandeling een uitspraak volgen.
 

Digitalisering

Over enkele jaren moeten burgers en bedrijven kunnen inloggen bij de rechterlijke macht om een procedure te beginnen. Digitaal procederen bij de civiele en bestuursrechter wordt in de toekomst verplicht voor professionele partijen. Burgers die zonder advocaat naar de rechter stappen mogen nog papieren stukken indienen. De digitalisering wordt vanaf 2015 doorgevoerd. Rechtzoekenden krijgen een digitaal dossier ‘Mijn Zaak’ waarin elke stap in de procedure kan worden gevolgd en waarin de rechtzoekende wordt geïnformeerd over uitspraken en beslissingen. Het wetsvoorstel is voor advies naar de Raad van State gestuurd en wordt openbaar bij indiening.

Lees meer op Rijksoverheid.nl

Laatste nieuws