Wat is openbare orde?
Bevoegdheden van burgemeester niet onbegrensd
In deze bijdrage staat de vraag centraal wat nu eigenlijk de inhoud en betekenis is van het begrip openbare orde in Hoofdstuk XI van de Gemeentewet, waarin tal van openbare-ordebevoegdheden voor de burgemeester zijn neergelegd. In de literatuur circuleren sterk uiteenlopende opvattingen. Zelfs de elementaire vraag of het openbare-ordebegrip zich beperkt tot rechtsregels, wordt verschillend beantwoord. Voor rechters lijkt het openbare-orderecht glad ijs; zelden worden burgemeesters door hen in het ongelijk gesteld en veel verder dan een belangenafweging komt men vaak niet. Een andere belangrijke vraag die hier wordt behandeld is daarom: waardoor worden de grenzen gevormd bij de toepassing van openbare-ordebevoegdheden?
Lees het hele artikel in Navigator.
Identificaties door ooggetuigen
Waarom een rechtspsycholoog handig is
Ook recente jurisprudentie benadrukt dat rechters zelf voldoende deskundigheid bezitten om getuigenverklaringen op hun merites te kunnen beoordelen. Vaak zal dat best zo zijn, maar bij meervoudige confrontaties (‘Oslo-confrontaties’) ligt dat zo poneren de auteurs anders. Zulke confrontaties zijn namelijk dermate complex dat rechters er wijs aan doen de deskundigheid van een rechtspsycholoog in te roepen. Zij illustreren hun punt aan de hand van een drietal zaken, waarin niet onmiddellijk zichtbare fouten in de confrontatie-procedure tot twijfelachtige getuigenverklaringen leidden.
Lees het hele artikel in Navigator.
De eigen(aardige) procesbevoegdheid van de minderjarige
In het bestuursrecht en het strafrecht kan een minderjarige zelfstandig procederen. In het civiele procesrecht is sprake van een complex stelsel waarin talloze uitzonderingen de hoofdregel van procesonbekwaamheid hebben ondergesneeuwd. Deze bijdrage inventariseert dat algemene kader, somt enkele uitzonderingen op en analyseert met name de informele rechtsingang van het kind na een echtscheiding en de bijzondere rechtsfiguur van de bijzondere curator in het licht van enkele recente ontwikkelingen. Ten slotte wordt geconcludeerd dat een versimpelingsoperatie vermoedelijk zou zorgen voor een betere afstemming met het bestuursprocesrecht en het strafprocesrecht en meer recht doet aan de ruimte, die in de civiele rechtspraktijk feitelijk gezocht is wanneer kinderen ‘in nood’ met succes zelfstandig hebben geprocedeerd.
Lees het hele artikel in Navigator.
Eerder verschenen
NJB 29 (2016)
1 september 2016
NJB 28 (2016)
13 juli 2016
NJB 27 (2016)
6 juli 2016
NJB 26 (2016)
29 juni 2016
NJB 25 (2016)
22 juni 2016