De Europese detachering van derdelanders
Het aantal derdelanders dat in de EU komt werken, neemt al jaren toe. Steeds vaker worden deze derdelanders onder het vrij verkeer van diensten gedetacheerd naar andere lidstaten, waaronder Nederland. Deze ontwikkeling staat niet alleen op gespannen voet met het recht van lidstaten om hun eigen toelatingsbeleid te bepalen, maar brengt ook arbeidsrechtelijk forse uitdagingen met zich mee. Dit artikel gaat eerst in op het juridisch kader rondom de detachering van derdelanders, zoals grotendeels vormgegeven door het Europees Hof van Justitie. In het licht van recente toename van het gebruik van deze arbeidsmigratieroute naar Nederland bespreken we vervolgens de Europeesrechtelijke verplichting voor Nederlandse autoriteiten om gedetacheerde derdelanders arbeidsrechtelijk te beschermen.
De koopvaardij in de vaart der volkeren
Loondiscriminatie naar het internationaal arbeidsrecht van vandaag
Niet-Europese zeelieden krijgen sinds jaar en dag op Nederlandse schepen voor hetzelfde werk een lager loon betaald dan hun Europese collega’s. Vindt deze discriminatie in de Nederlandse maritieme sector anno 2022 nog rechtvaardiging in internationaal gebruik? In dit artikel wordt betoogd dat het internationale recht geen ondersteuning lijkt te bieden aan voortzetting van deze praktijk en het is de vraag of het dat eigenlijk ooit wel heeft gedaan. Het is evenmin vanzelfsprekend dat de continuïteit van de Nederlandse maritieme sector vandaag de dag een objectieve rechtvaardiging kan bieden voor loondiscriminatie. Het is daarom hoog tijd dat de sociale partners, de minister, het College voor de Rechten van de Mens of de rechter de indirecte loondiscriminatie jegens Filipijnse en Indonesische zeelieden opnieuw tegen het licht houden.
Rechtspraak en politiek
In het grensgebied van rechtspraak en politiek is het lang rustig geweest in ons land. En tussen rechtspraak en wetgever was en is sprake van een wederzijdse vertrouwensrelatie. Maar sinds de jaren tien van deze eeuw is vaker dan vroeger een beroep op de rechter gedaan in zaken met een politieke dimensie. Niet elke politieke partij is daarvan gediend. Inmiddels is in deze relatie sprake van enige, licht oplopende, spanning. Dit verdient extra aandacht in de context van wereldwijde politieke ontwikkelingen die tot op zekere hoogte ook ons land al hebben bereikt.
Gaat de Hoge Raad klare wijn schenken over ontoerekenbaarheid?
Twee vragen naar aanleiding van de zaak tegen Thijs H. in rechtsvergelijkend perspectief
Het arrest in de zaak tegen Thijs H. brengt enkele vragen over de beoordeling van ontoerekenbaarheid door de feitenrechter pregnant over het voetlicht. Hoe specifiek moeten vaststellingen zijn over de aard van de stoornis waar de verdachte aan leed? En welk criterium geldt voor ontoerekenbaarheid? In dit artikel wordt, mede aan de hand van een vergelijking met het Duitse recht, betoogd dat deze twee vragen niet los van elkaar te zien zijn. Deze zaak laat (opnieuw) zien dat meer duidelijkheid geboden is over de wijze waarop ontoerekenbaarheid moet worden beoordeeld.
Het drama van Poetins agressie
Het is tragisch dat Rusland en Oekraïne al meer dan twee maanden met elkaar in een oorlog zijn verwikkeld. Twee buurlanden die zoveel gemeen hebben. De gevolgen van de ongerechtvaardigde invasie in Oekraïne zijn verschrikkelijk, duizenden doden en gewonden, miljoenen vluchtelingen, kapot gebombardeerde steden, een gigantische ravage en bezetting van grondgebied door Russische troepen.
Eerder verschenen
NJB 17 (2022)
11 mei 2022
NJB 16 (2022)
4 mei 2022
NJB 15 (2022)
28 april 2022
NJB 14 (2022)
20 april 2022
NJB 13 (2022)
6 april 2022