Zelfbeschikking over genderidentiteit is belangrijk voor iedereen

Op 10 april 2019 kondigde minister Dekker van Rechtsbescherming zijn voornemen aan om de deskundigenverklaring als voorwaarde voor het kunnen wijzigen van het juridisch geslacht, te schrappen.1 Daarmee gaf hij gehoor aan een van de uitkomsten van de evaluatie van drie jaar Transwet.2 Op 10 december 2019 werd het wetsvoorstel voorgelegd voor consultatie,3 maar het voorstel lijkt vooral te zijn gaan leven nadat dagblad Trouw op 28 januari jl. een opinie publiceerde van Caroline Franssen die het voorstel beschouwt als een gevaar voor de veiligheid en verworven rechten van vrouwen.

Franssen schrijft: “Wereldwijd worden steeds meer incidenten gemeld van grensoverschrijdend gedrag in alle instellingen voor vrouwen waar trans-geïdentificeerde mannen (niet altijd geopereerd, dus dan met volledig functionerende penis) worden toegelaten. In steeds meer vrouwensporten staat een ‘transvrouw’ op het podium in plaats van een biologische vrouw.” Zij vindt het “schandalig dat de minister de bescherming van vrouwen opheft om tegemoet te komen aan de wensen van een zeer klein deel van de bevolking. Hij kiest ervoor om ondanks alle risico’s fundamentele rechten toe te kennen, enkel op basis van een ‘gevoel’.”

Behalve haar respectloze (‘trans-geïdentificeerde mannen) en incorrecte (‘biologische vrouwen’) woordkeuze en de suggestie dat het slechts om een ‘gevoel’ zou gaan, is ook haar argument opmerkelijk dat een enkele rotte appel - transen die grensoverschrijdend gedrag vertonen - zou moeten betekenen dat een hele groep in hun (fundamentele) rechten moeten worden beperkt:

Wie wel eens naar ‘De slechtste chauffeur van Nederland’ (RTL) heeft gekeken zal het onmiddellijk met ons eens zijn: we stoppen met het uitdelen van rijbewijzen en schaffen auto’s af in Nederland. Het is domweg te gevaarlijk. Dat heel veel mensen prima chauffeurs zijn doet er niet toe; het is te riskant. Zo ongeveer redeneert Franssen.

Er zijn inderdaad voorbeelden van de situaties die zij noemt: in Engeland klaagde in november een vrouw de overheid aan omdat een transgender medegevangene haar bij haar borsten had gepakt, en nadien toch weer bij haar op de afdeling werd geplaatst. Ons lijkt het van geen enkel belang dat het om een trans vrouw ging. Ook cisgender vrouwen vergrijpen zich wel eens aan anderen (m/v/x) en zeker ook in detentie. Gevangenissen zijn bij uitstek plaatsen waar de overheid moet zorgen voor veiligheid van en voor iedereen. Buiten detentiesituaties komt het natuurlijk ook voor dat transgenders zich seksueel of anderszins vergrijpen aan anderen maar het aantal geweldsincidenten tégen transgenders is naar voorzichtige schattingen twee tot zeven keer zo hoog als tegen cisgenders.

Franssen erkent dat niet alle mannen aanranders of verkrachters zijn maar neemt het zekere voor het onzekere en pleit voor het behoud van aparte ruimtes voor (cisgender) vrouwen, niet alleen in instellingen, maar ook kleedkamers, toiletten enzovoort. Wij zijn benieuwd hoe Franssen dit denkt te controleren: vraagt zij ooit medetoiletgebruikers om hun identiteitsbewijs of misschien hun vagina te laten zien?

En dan de sport: Franssen wijst op een aantal klinkende overwinningen van trans vrouwen. Nog los van het feit dat het onduidelijk is of vrouwen zoals Laurel Hubbard (gewichtheffen) en Rachel McKinnon (baanwielrennen) hun piemel nog hebben, geldt dat zelfs als zij altijd zouden winnen, heel veel andere trans vrouwen fanatiek sporten maar – jammer voor hun – net als de meeste cisgenders nooit eens kampioen worden. Betekent eerlijke sportcompetitie dan ook dat fantastische sporters zoals Ireen Wüst maar moeten worden uitgesloten? Wie het tegen haar moet opnemen is nagenoeg kansloos. Ze heeft weliswaar voor zover bekend nooit een piemel gehad, maar toch...

Het is gemakzuchtig om te denken dat de veiligheid in gevangenissen of fair play in sportwedstrijden, voor iedereen kan worden gegarandeerd wanneer ze exclusief voor vrouwen of mannen zijn. Daarover moet veel beter worden nagedacht. Daar is het kabinet ook mee bezig en dat is een goede zaak. Transgender en intersekse mensen laten steeds vaker van zich horen en dat helpt in de emancipatiestrijd tegen de hardnekkige m/v hokjes met bijbehorende rolpatronen. Minder sekseregistratie en meer zelfbeschikking is goed voor iedereen omdat het tornt aan sekserollen die beperkend werken voor ons allemaal.

Trans vrouwen zijn vrouwen omdat ze zich vrouw voelen. Het bepalen van je eigen genderidentiteit is een fundamenteel recht van iedereen. Uitsluiting van publieke voorzieningen zoals kleedkamers en toiletten of van sportwedstrijden vanwege overtredingen waaraan mensen uit alle groepen (m/v/x en de rest) zich schuldig maken is even logisch als autoloze snelwegen vanwege een paar incapabele bestuurders.

 

Marjolein van den Brink, Lucia van der Meulen en Lorena Sosa zijn verbonden aan het SIM, dep. Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Utrecht

 

 

  1. Kamerstukken II 2018/19, 27859, nr. 133.
  2. M. van den Brink m.m.v. D. Snaathorst, Recht doen aan genderidentiteit. Evaluatie drie jaar transgenderwet 2014-2017, december 2018; https://www.wodc.nl/onderzoeksdatabase/2897-evaluatie-transgenderwet.aspx.
  3. https://www.internetconsultatie.nl/wijzigingvermeldinggeslacht; einddatum consultatie 12 februari 2020.