Door grootschalige hackoperaties van versleutelde communicatie-aanbieders hebben grote hoeveelheden data (‘datasets’) een centrale rol gekregen in het strafprocesrecht, vaak als doorslaggevend bewijs. In deze scriptie van Nobi Martinez van der Tol wordt de toegang tot deze datasets voor de verdediging onderzocht door middel van een rechtsvergelijking met het strafprocesrecht van Engeland & Wales. De focus ligt daarbij op de verschuiving van het Nederlandse strafproces naar een meer adversair systeem: als gevolg daarvan komt aan tegenspraak een groter belang toe, maar blijven de mogelijkheden voor de verdediging om deze tegenspraak te leveren achter. De centrale vraag is hoe de toegang tot datasets voor de verdediging in beide rechtsstelsels is vormgegeven en welke inzichten de overeenkomsten en verschillen tussen deze stelsels kunnen bieden. De scriptie beschrijft systematisch de toegang tot datasets voor de verdediging, waarbij relevante overeenkomsten en verschillen worden geïdentificeerd en onderzocht. Uit het onderzoek blijkt dat het Nederlandse strafprocesrecht de toegang tot datasets op een adequate wijze heeft geregeld, maar dat er verschillende aspecten bestaan waar lering uit kan worden getrokken. De auteur concludeert dat er nader onderzoek dient te worden ingesteld naar deze aspecten om te bezien of een implementatie daarvan mogelijk is.

Masterscriptie Rechtsgeleerdheid: Straf- en strafprocesrecht, Universiteit Leiden Scriptiebegeleider: prof. mr. dr. Jannemieke Ouwerkerk. Beoordeling: 9,0

Afbeelding: Pixabay