Al tien jaar is het systeem van Promoveren en Degraderen operationeel in alle Nederlandse gevangenissen. In dit ingrijpende systeem wordt gewenst gedrag van gedetineerde personen beloond met interne en externe vrijheden (zoals meer bezoek en verlof). Ongewenst gedrag wordt bestraft met ontneming van die extra vrijheden. Een onafhankelijke evaluatie van het systeem is nooit uitgevoerd. Tot nu. Het proefschrift van Jan Maarten Elbers bevat een plan-, proces- en effectevaluatie van dit Nederlandse beloningssysteem. Uit de planevaluatie blijkt dat beleidsmakers uiteenlopende doelen met dit systeem voor ogen hadden, zoals het realiseren van bezuinigingen, het bevorderen van de autonomie van gedetineerden en het bijdragen aan veiligheid in de gevangenis.
De centrale aanname van het beleid is dat beloningen gedetineerde personen motiveren om hun gedrag te veranderen, resulterend in regelnaleving tijdens detentie en mogelijk ook na detentie. Toch is er weinig wetenschappelijk bewijs ten faveure van die aanname. Eerder onderzoek naar beloningssystemen in gevangenissen laat gemixte resultaten zien. Ook wordt in de praktijk aan belangrijke theoretische voorwaarden voor effectieve beloning niet voldaan, zoals snel en zeker belonen. De proces- en effectevaluatie (op basis van surveyonderzoek onder 1011 gedetineerde personen) laten namelijk zien dat sommige beloningen wel worden verstrekt aan gedetineerden die ongewenst gedrag vertonen. Bovendien worden beloningen ook regelmatig niet verstrekt aan gedetineerden die wel gewenst gedrag vertonen. Dat regelnaleving niet per definitie leidt tot het ontvangen van beloningen kan onzekerheid creëren en demotiverend werken.
De effectevaluatie toont daarnaast aan dat gedetineerde personen die gewenst gedrag nastreven omdat zij graag beloningen willen ontvangen, zich ook vaker misdragen. Bovendien blijken de sterkste voorspellers van gewenst gedrag intrinsieke motieven, niet beloningen. Het beloningssysteem in de huidige vorm lijkt daarom niet sterk bij te dragen aan de doelen om veiligheid en regelnaleving te bevorderen.
Een andere bevinding uit het proefschrift van Elbers is dat gedetineerde personen die verminderd zelfredzaam zijn, minder vaak gewenst gedrag vertonen en ook minder vaak beloningen weten te bemachtigen. Een gedetineerde is zelfredzaam wanneer hij of zij zelfstandig in eigen dagelijkse levensverrichtingen kan voorzien en zo min mogelijk hulp inschakelt van personeel. Die zelfredzaamheid kan bijvoorbeeld verminderd zijn door licht verstandelijke beperkingen, drugsverslaving of psychische problematiek. Dat komt in Nederlandse gevangenissen erg veel voor. Dat deze groep gedetineerde personen buiten de boot vallen is een probleem. Zij kunnen geen aanspraak maken op beloningen die bewezen effectief bijdragen aan re-integratie in de samenleving, terwijl juist zij een hoog recidiverisico hebben. Belangrijke aanbevelingen die uit dit proefschrift volgen zien dan ook op het onvoorwaardelijk toegankelijk maken van activiteiten die bijdragen aan re-integratie, het aanpassen van het systeem op de capaciteiten van verminderd zelfredzame gedetineerden en het bevorderen van intrinsieke motieven om gedrag blijvend te kunnen veranderen.
Promotoren: prof. dr. Paul Nieuwbeerta en prof. mr. dr. Miranda Boone. Copromotoren zijn dr. Esther van Ginneken en dr. Hanneke Palmen.
Jan Maarten Elbers
Reward systems in prison