De (strafkamer van de) Hoge Raad is betrekkelijk recent begonnen met het wijzen van een nieuw type arrest, te weten het ‘overzichtsarrest’: een bestendig arrest waarin hij overzicht geeft (of pretendeert te geven) over een bepaald leerstuk. Op 2 december 2014 was die eer te beurt gevallen aan het leerstuk medeplegen (HR 2 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3474, NJ 2015/390, m.nt. P.A.M. Mevis). Kenmerkend aan dit overzichtsarrest is het belang voor de rechtspraktijk. De Hoge Raad onderstreept dit belang in zijn arrest, en biedt middels ‘enige aandachtspunten’ zogenaamde ‘handvatten’ aan de rechtspraktijk. Het arrest heeft uiteindelijk een gemengd palet aan reacties uitgelokt.

Ruim drie jaar later wordt in deze scriptie van Kawa Rasul de balans opgemaakt door het beantwoorden van de vraag of het overzichtsarrest over medeplegen een doeltreffende handreiking is (geweest) aan de gerechtshoven. Ter beantwoording van deze vraag wordt ten aanzien van de gerechtshoven onderzocht of de kernboodschap van het arrest als zodanig wordt gepercipieerd, of het arrest de beoogde uitwerking heeft (gehad) op de (behandeling van) medeplegen-zaken, of het arrest positief wordt gewaardeerd en of het arrest (veelvuldig) wordt gebruikt bij de behandeling van medeplegen-zaken.

Onderdeel van het onderzoek is een analyse van enkele honderden hofarresten uit een periode van drie jaar vo´o´r en drie jaar na´ het overzichtsarrest over medeplegen. De proef wordt op de som genomen, door bestudering van het effect van het overzichtsarrest op de bewijsbeslissingen van hofarresten met betrekking tot het medeplegen. Verder zijn acht raadsheren en vijf juridisch medewerkers, werkzaam bij drie verschillende gerechtshoven, geïnterviewd. Hiermee is een nuttig inzicht verkregen in de ervaringen en percepties binnen de gerechtshoven met en over de toepassing van het overzichtsarrest over medeplegen. De belangrijkste conclusie is dat het overzichtsarrest over medeplegen een doeltreffende handreiking is (geweest) aan de gerechtshoven.

Afbeelding: Pixabay