Dertig jaar na het Verdrag van Maastricht is de term ‘EU democratie’ in Nederland geen ingeburgerd begrip. Dit gebrek ligt grotendeels aan de EU zelf. De Europese Commissie presenteert de EU namelijk nog steeds als ‘een economische en politieke unie van 27 landen’. De EU draagt het belang van het burgerschap en de waarden van de Unie zelf niet uit en kan zich er dus ook niet over verbazen dat de kiezer zich niet aangesproken voelt.
Wereldtop voor Democratie
De negatieve opstelling van Brussel steekt schril af bij de openlijke waardering die Joe Biden als bevriend staatshoofd voor het democratisch karakter van de EU aan de dag legt. De Amerikaanse president nodigt de EU als enige internationale organisatie uit om deel te nemen aan de Wereldtop voor Democratie die eind maart mede in Nederland wordt gehouden. De politieke opzet van Biden met de top is om de vitaliteit van het democratisch gedachtegoed te belichten. Het feit dat hij de EU naast 26 van de 27 lidstaten (met uitzondering van het zelfverklaarde ‘illiberale’ Hongarije!) inviteert, mag gezien worden als blijk van waardering voor de fundamentele vernieuwing van het democratische model dat de Europese Unie belichaamt.
VN Handvest
De theoretische verklaring die voor de Brusselse zelfontkenning gegeven kan worden, komt voort uit het heersende wereldbeeld op het terrein van de Internationale Betrekkingen.
Het Handvest van de Verenigde Naties maakt onderscheid tussen staten en organisaties van staten. Staten kunnen als lid tot de VN toetreden, maar internationale organisaties zijn alleen als waarnemers welkom. Het volkenrechtelijk kenmerk van staten ligt in hun absolute soevereiniteit. Zij hoeven geen hogere autoriteit te erkennen en gaan op voet van gelijkheid met elkaar om. Van oudsher vormt oorlog het uiterste middel van conflictbeslechting tussen staten, maar het na de Tweede Wereldoorlog opgestelde VN-Handvest bevat een verbod op agressieoorlogen. Regionale organisaties kunnen op grond van Hoofdstuk VIII van het Handvest worden ingeschakeld bij militaire vredesmissies.
Democratisch tekort
De politieke opzet van de zes stichterstaten van de EU in 1951 was om de vicieuze cirkel van oorlogen te doorbreken. Zij gaven het beginsel van absolute soevereiniteit op in ruil voor de garantie van vrede. Ze begonnen met de gedeelde uitoefening van soevereiniteit op het terrein van de defensie en breidden de samenwerking in 1957 uit tot de hele economie. De overdracht van bevoegdheden aan het samenwerkingsverband riep in de lidstaten de vraag op naar de democratische controle op de uitoefening ervan. De praktijk resulteerde in een probleem dat theoretisch onoplosbaar was. Het VN-denkmodel brengt met zich mee dat de constitutionele beginselen van democratie en rechtsstaat alleen binnen de grenzen van een soevereine staat tot bloei kunnen komen. Een organisatie van staten kan per definitie niet democratisch functioneren, hoe democratisch die lidstaten zelf ook zijn. De EU is in dit denkmodel gedoemd tot een structureel democratisch tekort.
Rechtsstaatstoets
De werkelijkheid leert anders. De praktijk laat zien dat het Europese samenwerkingsverband zich stapsgewijs heeft ontwikkeld van een ‘unie van democratische staten’ (Kopenhagen 1973) tot een ‘unie van democratische staten die zelf ook een democratie vormt’ (Lissabon 2007).1 Het EU Hof van Justitie heeft deze ontwikkeling in het bekende rechtsstaatstoets arrest van 16 februari 2022 beschreven en bekrachtigd.2 De lidstaten zijn het eerst met elkaar eens geworden over hun constitutionele waarden en hebben die vervolgens toegepast op hun gezamenlijke organisatie. De theoretische onderbouwing van deze werkwijze ligt vanuit het perspectief van democratische burgers voor de hand. Als twee of meer democratische staten de uitoefening van soevereiniteit op steeds meer terreinen met elkaar delen, moet hun samenwerkingsverband ook democratisch zijn. Je kunt een unie van democratische staten niet eenmaal niet ondemocratisch, illiberaal of dictatoriaal besturen.
Schoolvoorbeeld van Brusselse bureaucratie
Wie zou denken dat ‘Brussel’ het arrest van het EU Hof over de democratische grondslag van de Unie met opluchting zou verwelkomen, komt van een koude kermis thuis. De Europese Commissie volhardt in de omschrijving van de EU als een ondemocratische statenbond, zelfs na de uitnodiging van President Biden om deel te nemen aan de Wereldtop voor Democratie. De reden voor deze obstinate houding komt voor uit een schoolvoorbeeld van Brusselse bureaucratie. Het communicatiebeleid van de EU wordt namelijk uitgevoerd onder directe verantwoordelijkheid van Commissievoorzitter Von der Leyen. Beleidswijzigingen kunnen alleen tot stand komen met instemming van het Europees Parlement en de Europese Raad. Binnen de Raad moet blijkbaar met eenstemmigheid worden beslist. Hongarije en Polen hebben de zaak die zij als zelfverklaarde illiberale democratieën tegen de invoering van de rechtsstaatstoets hebben aangespannen, weliswaar verloren, maar blijken nog steeds in staat te zijn om de democratische communicatie over de EU met hun veto tegen te houden. De komende Wereldtop voor Democratie vormt een uitgelezen mogelijkheid voor de EU om dit illiberale veto op te heffen en haar identiteit als Europese democratie te omarmen en uit te dragen.
Afbeelding: Pixabay
Voetnoten
1. J. Hoeksma, De Democratisering van de Europese Unie, Boom Bestuurskunde 2023
2. Zaken Polen en Hongarije/Parlement en Raad van 16 februari 2022, ECLI:EU:C:2022:97 en ECLI:EU:C:2022:98