Artikelen van Redactie

Nieuws
Steeds meer meldingen seksueel geweld tegen minderjarigen, vooral online

De stijging van online meldingen is zeer alarmerend zegt de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel geweld tegen kinderen. Via het internet kan op een laagdrempelige manier veel slachtoffers worden gemaakt. Dat de online platformen een rol spelen om dit tegen te gaan is helder, hoe die rol er in de praktijk uit ziet is nog niet helemaal duidelijk. Hier moet een volgens de Nationaal Rapporteur een sluitend antwoord op komen om kinderen te beschermen tegen online seksueel geweld. De grootschaligheid van het probleem blijkt ook uit prevalentieonderzoek. Zo blijkt uit onderzoek van Fonds Slachtofferhulp dat één op de twee jongeren tussen de 12 en 25 jaar ooit te maken heeft gehad met online seksueel misbruik of online seksuele intimidatie. En dat veel jongeren op korte en lange termijn negatieve gevolgen ondervinden van wat zij online hebben meegemaakt.

Monitor Seksueel Geweld tegen Kinderen 2020 - 2024

Bron: www.nationaalrapporteur.nl

11 december 2025
Nieuws
Heldere criteria en snellere procedures nodig voor verschoningsrecht

De belangrijkste uitkomsten uit het onderzoek zijn:

Essentieel fundament
Net als in Nederland vormt het verschoningsrecht in alle onderzochte rechtssystemen een essentieel fundament van de rechtsstaat en is stevig verankerd in wet- en regelgeving, ondersteund door het internationaal en Europees recht. Het garandeert dat burgers en bedrijven zich in vertrouwen tot hun advocaat of notaris kunnen wenden, zonder angst dat hun communicatie met deze beroepsgeheimhouders openbaar wordt of in de handen van de overheid terechtkomt. Deze vertrouwelijkheid bevordert de toegang tot het recht en daarmee het functioneren van het rechtssysteem als geheel.

Fundamentele spanning
Alle onderzochte landen kennen eenzelfde fundamentele spanning tussen het beschermen van vertrouwelijke communicatie enerzijds en het belang van strafvorderlijke waarheidsvinding anderzijds. Geen enkel systeem heeft daarvoor een sluitende oplossing. Het omgaan met grote hoeveelheden, bij de vergaring nog niet gefilterde digitale gegevens, blijkt overal een lastig juridisch vraagstuk en een groot praktisch probleem, dat leidt tot kostbare en tijdrovende filterprocedures.

Inroepen verschoningsrecht
In de meeste onderzochte rechtsstelsels bepaalt de cliënt (en dus niet zoals in Nederland de advocaat of notaris), of het verschoningsrecht wordt ingeroepen. Daarmee ligt de nadruk sterker op de persoonlijke bescherming van de betrokkene en minder op het algemene maatschappelijke belang van beroepsuitoefening.

Reikwijdte verschoningsrecht
Een ander verschil is de reikwijdte van het verschoningsrecht: metadata en communicatie via derden vallen in de andere landen niet of minder snel onder de bescherming van dit privilege dan in Nederland. Voor notarissen gelden grote verschillen, Frankrijk kent voor deze beroepsgroep geen verschoningsrecht en in Engeland zijn notariële werkzaamheden allen geprivilegieerd als deze door een lawyer worden uitgevoerd.

Ruime uitleg
Verder valt Nederland op door een relatief ruime uitleg van het verschoningsrecht, gecombineerd met zware waarborgen van een zoveel mogelijk ‘waterdicht’ systeem. Dit geeft een hoge mate van bescherming, maar leidt ook tot vertraging, rechtsonzekerheid en soms zelfs stillegging van onderzoeken. Andere landen zijn pragmatischer en accepteren dat een foutloos filteringsproces niet haalbaar is, zolang het systeem transparant is en uiteindelijk gegarandeerd wordt dat geprivilegieerd materiaal niet tegen de verdachte wordt gebruikt.

Verschoningsrecht niet absoluut
Het Nederlandse verschoningsrecht is niet absoluut en kan doorbroken worden op grond van “zeer uitzonderlijke omstandigheden”. Maar deze open formulering zorgt voor onzekerheid, terwijl in andere stelsels meer algemene beperkingen zijn verbonden aan concretere criteria tot beperking van de reikwijdte van het verschoningsrecht als zodanig. In het geval de geheimhouder zelf verdachte is, geldt in de andere landen dat het verschoningsrecht niet van toepassing is, terwijl in Nederland alleen via de genoemde grondslag in een concrete strafzaak eventueel een uitzondering mag worden gemaakt.

Waarborgen verschoningsrecht
De manier waarop het verschoningrecht is gewaarborgd in strafrechtelijke onderzoeken verschilt. In Nederland speelt de rechter-commissaris een centrale rol, in Frankrijk de juge des libertés et de la détention (JLD), in Zwitserland de verzegelingsrechter, in Engeland vaak onafhankelijke advocaten en in Duitsland ligt de regie bij de officier van justitie. In alle landen geldt dat geprivilegieerd materiaal uiteindelijk niet mag worden gebruikt als bewijs.

Praktische insteek
De onderzoekers stellen vast dat in Nederland het uitgangspunt geldt dat een beroep op het verschoningrecht noodzakelijkerwijs leidt tot een beslissing van de rechter. Terwijl de andere rechtssystemen vaak starten met een meer praktische insteek waarbij wordt bezien of partijen in zaken tot (werk)afspraken over de schifting van potentiële geheimhoudersstukken kunnen komen. Dit kan volgens de onderzoekers een tussenfase genoemd kunnen worden. Bij een onoverbrugbare onenigheid wordt een rechter geraadpleegd om daarover te beslissen.

Advies onderzoekers

De onderzoekers hebben meerdere concrete punten geformuleerd die Nederland kunnen inspireren om het spanningsveld tussen verschoningsrecht en opsporing te verkleinen. Belangrijk is te accepteren dat het systeem niet 100% waterdicht zal kunnen zijn bij elk voorbereidend onderzoek. Zij adviseren verder om te werken aan een scherpere definiëring van het verschoningsrecht, met heldere criteria voor uitzonderingen. En openbaar ministerie en advocatuur zouden vooraf afspraken kunnen maken over filtering, voordat de zaak aan de rechter-commissaris wordt voorgelegd. Net als in het buitenland, kan Nederland de geheimhouder een sterkere verantwoordelijkheid geven in het beschermen van gegevens, doordat die op adequate wijze inzichtelijk maakt welk materiaal vertrouwelijk is. Hierbij is wel van belang dat advocaten hebben aangegeven dat dit in de praktijk niet altijd gemakkelijk zal zijn. Belangrijk is ook dat het filteringproces wordt hervormd, met duidelijkere rollen en processen. Verder vragen de onderzoekers aandacht voor professionalisering van opsporingsdiensten, meer capaciteit bij rechtelijke instanties en benutting van innovatieve technieken om de filtering van grote hoeveelheden data te kunnen uitvoeren. Bij dit laatste valt te denken aan de toepassing van AI, al staat dat nog in de kinderschoenen.

Internationaal vergelijkend onderzoek professioneel verschoningsrecht

Bron: www.wodc.nl

 

10 december 2025
Nieuws
Toekomstvisie non-discriminatierecht Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme

Discriminatie is een diep verankerd en een wijdverspreid probleem binnen de Nederlandse samenleving. Het beschadigt mensenlevens en hersteloperaties kosten de samenleving miljarden. Structurele ongelijkheid tast het vertrouwen in de rechtstaat aan en kan niet enkel met losse maatregelen worden opgelost. De huidige aanpak waarmee discriminatie in Nederland wordt bestreden is te reactief, versnipperd en vrijblijvend, schrijft de staatscommissie. Dit blijkt ook uit een onderzoeksrapport waarin de commissie pleit voor een wettelijk kader dat gelijke behandeling en gelijke kansen door de overheid bevordert.

Vernieuwing non-discriminatierecht

Op basis van de preadviezen benoemt de commissie drie pijlers voor verdere vernieuwing van het non-discriminatierecht. De eerste pijler is een verbreding van het huidige, nog te beperkt omschreven discriminatieverbod. De tweede richt zich op betere handhaving van gelijke behandeling en het voorkomen van discriminatie, zowel via individuele rechtsbescherming als door instituties actief collectief verantwoordelijk te maken voor het bevorderen van gelijkheid. Dat laatste kan via de Gelijkheidsplicht Publieke Sector (GPS). De derde pijler benadrukt stem en zeggenschap: het vernieuwingsproces van het recht moet zelf inclusief en gelijkwaardig verlopen.

Samen voor gelijkheid. Een toekomstvisie op het non-discriminatierecht

Bron: www.staatscommissietegendiscriminatieenracisme.nl

10 december 2025
Nieuws
RSJ: grote zorgen over nijpende situatie in jeugdhulp, -bescherming en -strafrecht

Het VN-Kinderrechtenverdrag verplicht de overheid kinderen te beschermen tegen elke vorm van geweld, mishandeling en verwaarlozing, zowel binnen het gezin als daarbuiten, en moet daar effectieve maatregelen en programma’s voor ontwikkelen. De Rijksoverheid moet er dan ook voor zorgen dat er een landelijk dekkend, tijdig en passend aanbod van bewezen effectieve hulpverlening beschikbaar is voor kinderen die (ernstig) in hun ontwikkeling worden bedreigd. Al geruime tijd staat het stelsel van jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdstrafrecht onder grote druk. Capaciteits- en personeelstekorten, lange wachttijden en schaarste aan passende hulp maken dat de rechten en belangen van kinderen in kwetsbare situaties onvoldoende gewaarborgd worden. De vraag rijst in hoeverre overheidsingrijpen in het leven van kinderen en gezinnen nog gerechtvaardigd is, wanneer dit niet altijd leidt tot bescherming van en hulpverlening aan kinderen. De afgelopen jaren uitte de RSJ al meerdere keren zijn zorgen, met name vanwege het gebrek aan landelijke regie en verantwoordelijkheid voor de uitvoering van jeugdhulp en jeugdbescherming. De RSJ vindt het zorgelijk dat de Rijksoverheid en de ketenpartners niet tot overeenstemming kunnen komen over hoe het systeem verbeterd kan worden en is ervan overtuigd dat dit niet bijdraagt aan de effectiviteit van overheidsingrijpen.

Focus op jeugd: actie nodig voor de bescherming van kinderen

Bron: www.rsj.nl

9 december 2025
Nieuws
EU-akkoord over nieuwe regels afwijzing asielaanvragen

EU-lidstaten kunnen daarnaast onderling afspraken maken om terugkeerbesluiten van elkaar over te nemen. Het terugkeerbesluit van het ene EU-land geldt dan direct voor het andere EU-land. De terugkeerprocedure hoeft dan niet opnieuw te worden gedaan. De wederzijdse erkenning is voorlopig vrijwillig, niet verplicht. Afgewezen asielzoekers die een veiligheidsrisico vormen, kunnen door lidstaten in detentie worden geplaatst. Aan hen kan ook jarenlang of voor onbepaalde tijd een inreisverbod worden opgelegd. Asielzoekers die niet meewerken aan hun terugkeer kunnen door lidstaten worden gestraft. Dat kan variëren van het weigeren of inhouden van toeslagen, het weigeren of intrekken van werkvergunningen en het opleggen van boetes.

Bronnen: www.consilium.europa.eu en ANP

9 december 2025
Nieuws
Grondrechtenagentschap EU pleit voor sterkere waarborgen mensenrechten in Europese wetgeving

Het rapport verschijnt op een moment dat de EU haar inspanningen intensiveert om haar regelgevingskader te stroomlijnen door middel van Omnibus-hervormingen om het concurrentievermogen te vergroten. In deze context benadrukt het rapport dat effectbeoordelingen op het gebied van grondrechten essentieel zijn om mensen te beschermen en naleving van de wet te waarborgen - zonder afbreuk te doen aan de doelstellingen van vereenvoudiging en efficiëntie. Het rapport concludeert dat effectbeoordelingen door EU-landen zelden het volledige spectrum van mensenrechten behandelen. Ze richten zich vaak beperkt tot gebieden zoals gelijkheid, gender of gegevensbescherming. Procedures variëren sterk per land, beleidsterrein en ministerie. Op EU-niveau vereist de Europese Commissie dat alle wetgevingsvoorstellen worden getoetst op grondrechten. Het rapport merkt op dat deze beoordelingen soms oppervlakkig zijn of helemaal ontbreken. Het gebrek aan gespecialiseerde expertise en de beperkte betrokkenheid van onafhankelijke mensenrechtenorganen verzwakken het proces verder.

FRA roept de EU op om:

  • te zorgen voor systematische en grondige toepassing van effectbeoordelingen op het gebied van de grondrechten;
  • de toegankelijkheid en inclusiviteit van openbare raadplegingen te vergroten;
  • onafhankelijke externe expertise op het gebied van mensenrechten te overwegen;
  • peer learning tussen lidstaten te ondersteunen om hun systemen voor effectbeoordelingen op het gebied van de mensenrechten verder te verbeteren.

FRA roept de EU-lidstaten op om:

  • coherente en alomvattende richtsnoeren te ontwikkelen die expliciet gebruikmaken van het Handvest bij het opstellen van wetgeving binnen het toepassingsgebied van het EU-recht;
  • de effectbeoordelingen op het gebied van de mensenrechten op EU-niveau als uitgangspunt te gebruiken en deze aan te vullen met een nationale effectbeoordeling om de nationale context te behandelen;
  • hoogwaardige beoordelingen te waarborgen door middel van passende coördinatie, overleg en capaciteitsopbouw;
  • ervoor te zorgen dat ex-postevaluaties de regel worden en systematisch rekening te houden met de gevolgen voor de mensenrechten.

Better legislation: Human rights impact assessment in lawmaking

Bron: www.fra.europa.eu

9 december 2025
Nieuws
Europese Commissie registreert burgerinitiatief over mensenrechtennormen

Als het om de mensenrechten gaat, meet de EU in de praktijk met twee maten, schrijven initiatiefnemers. Haar aanpak is onsamenhangend, versnipperd en verschilt al naargelang het partnerland. Dit ongelijke EU-optreden leidt tot ongelijke reacties en tast het universele karakter van de mensenrechten aan. Met dit initiatief wordt de Europese Commissie ertoe opgeroepen om een verordening voor te stellen op grond waarvan zij, in het kader van haar betrekkingen met derde landen, op gestandaardiseerde wijze toezicht moet houden op de mensenrechten op de gebieden waarvoor zij bevoegd is. De verordening moet ertoe leiden dat de Commissie op transparante, samenhangende, doeltreffende, evenredige en tijdige wijze mensenrechtenschendingen monitort, beoordeelt en daarop reageert. Initiatiefnemers stellen een rechtskader voor waarmee de EU haar aanpak van de mensenrechten kan verbeteren en haar geloofwaardigheid in de wereld kan versterken doordat zij het internationaal recht op het gebied van de mensenrechten beter beschermt.

European citizens’ initiative ‘No more double standards on human rights’

Bron: www.ec.europa.eu

8 december 2025
Nieuws
Raad voor de rechtspraak: gebiedsverbod biedt te weinig maatwerk

De bedoeling van het gebiedsverbod is vooral dat een slachtoffer niet geconfronteerd wordt met een dader, ongeacht of er sprake is van een gevaarlijke situatie. Daardoor gaat het wetsvoorstel niet meer uit van klassieke strafdoelen als vergelding en preventie. Een dergelijke fundamentele systeemwijziging vraagt om een zorgvuldige onderbouwing en afweging, die in de toelichting bij het voorstel ontbreekt. Bij ernstige misdrijven moet de rechter straks een gebiedsverbod opleggen voor een gebied van minimaal 5 kilometer voor minimaal 10 jaar (vanaf het moment dat de dader vrijkomt). Dat biedt weinig ruimte voor maatwerk. Dit kan betekenen dat veroordeelden en hun gezinnen moeten verhuizen met grote gevolgen voor hun werk, contact met familie en hun sociale leven. De maatregel kan daarmee de resocialisatie belemmeren en het recidiverisico verhogen. De Raad stelt vraagtekens bij de noodzaak van de maatregel, omdat bestaande strafrechtelijke en bestuursrechtelijke mogelijkheden al bescherming voor slachtoffers bieden. Ook zijn de procedurele regels nog onvoldoende uitgewerkt. De Raad adviseert de initiatiefnemers het wetsvoorstel niet in de huidige vorm in te dienen.

Advies wetsvoorstel zelfstandig gebiedsverbod

Bron: www.rechtspraak.nl

8 december 2025
Nieuws
Rekenkamer: minister en leiding UVW blind voor toename fouten met WIA

Eerder heeft de Algemene Rekenkamer al vastgesteld dat de uitvoering van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) onuitvoerbaar is geworden. Dat ligt aan de complexe regelgeving en het daarmee samenhangende tekort aan verzekeringsartsen. De Minister van SZW denkt de WIA beter uitvoerbaar te kunnen maken en minder foutgevoelig. Zij verkent een herziening van de dagloonsystematiek. De Rekenkamer stelt dat een hoger tempo nodig is bij de vereenvoudiging van de WIA. Een goede uitvoerbaarheid van de WIA is nodig, ook om te voorkomen dat langdurig zieke werknemers in onzekerheid verkeren over het recht op en de hoogte en duur van hun uitkering.

Toezicht Minister van SZW schiet tekort

Voor tienduizenden langdurig zieke werknemers zijn er tussen 2020 en 2024 fouten door UWV gemaakt bij de berekening van het maatmanloon, dagloon of de uitkeringsduur. Ook is in deze periode bij ongeveer een kwart van de beoordelingen door verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen door ontoereikende rapportages niet na te gaan of deze juist zijn. Het is dan onzeker of de belastbaarheid van mensen voor werk juist is beoordeeld, en de duur en mate waarin iemand arbeidsongeschikt is. Medewerkers moeten werken met veel verschillende en verouderde IT-systemen, en veel werkzaamheden handmatig verrichten. Bovendien was de aanpak bij UWV vooral gericht op het verminderen van de lange wachtlijsten voor nieuwe beoordelingen. De Minister van SZW is te afwachtend geweest bij het vereenvoudigen van de regelgeving en heeft bovendien een blinde vlek gehad voor het zwakke kwaliteitsmanagement bij UWV. Het rechtmatigheidscijfer voor WIA-uitkeringen dat de minister met UWV heeft afgesproken, was steeds bijna 100 procent en werkte onterecht geruststellend.

Sturing en toezicht moeten beter

De onderzochte problemen bij de WIA brengen disfunctionele patronen en reflexen aan het licht in de sturingsrelatie tussen de Minister van SZW en uitvoeringsorganisatie UWV. Op het ministerie schort het aan aandacht voor de kwaliteit van de bedrijfsvoering bij UWV. Informatie die wordt uitgewisseld over de kwaliteit van dienstverlening is weinig concreet en er wordt niet altijd doorgevraagd. Het toezicht van de minister heeft te beperkte diepgang en scherpte. Het bestuur van UWV meldt na getroffen maatregelen eind 2024 minder onjuiste WIA-beoordelingen. Maar de Rekenkamer stelt dat niet aangetoond is dat de maatregelen afdoende zijn om het aantal fouten naar een acceptabel niveau terug te dringen. De sturing om tijdig zieke werknemers te beoordelen is sterker dan de aandacht dat op een juiste wijze te doen. Signalen dat de financiële rechtmatigheid hoog is, wekken ten onrechte de indruk dat er weinig fouten worden gemaakt. Wil UWV sturen op de menselijke maat, dan moet eerst de basis voor het uitvoeren van wettelijke taken op orde zijn. Ministerieel toezicht op UWV moet zich scherper richten op de financiële risico’s die burgers lopen. Ook moeten uitkeringsgerechtigden zelf kunnen nagaan of de hoogte van hun uitkering plausibel is. Dit vereist een fundamentele aanpassing van de WIA. Die is ook voor de uitvoerbaarheid van deze wet noodzakelijk.

Fouten bij WIA-uitkeringen: blind voor de signalen, burgers geraakt

Bron: www.rekenkamer.nl

4 december 2025
Nieuws
Onderzoek gevolgen leefklimaat voor langgestrafte personen

Bij een goed leefklimaat gaat het onder meer om een veilige omgeving, keuzevrijheid, zinvolle dagbesteding, mogelijkheden om contact met de buitenwereld te onderhouden en een menselijke bejegening. Het is aannemelijk dat steeds meer personen langer in detentie gaan verblijven. Dit komt onder andere door hogere maximumstraffen voor moord en doodslag en doordat langgestrafte personen tegenwoordig onder strengere voorwaarden en pas later voorwaardelijk vrijkomen. Een goed leefklimaat voor de groeiende groep langgestrafte personen draagt bij aan de veiligheid, zowel in detentie als na detentie in de maatschappij.

Speciale afdelingen voor langgestrafte personen

De onderzoekers adviseren daarom om speciale afdelingen in detentie in te richten waar langgestrafte personen kunnen verblijven. Zorg daar voor autonomie, door mensen zelf te laten koken en vrij door het gebouw te laten lopen. Biedt ze daarnaast zinvol en uitdagend werk aan en mogelijkheden om contact met de buitenwereld te houden. Plaats deze afdelingen in een groene en aantrekkelijke omgeving. Verbeter daarnaast het leefklimaat voor langgestrafte personen op alle afdelingen. Geef alle langgestrafte personen informatie over de regels en voorwaarden van verlof en voorwaardelijke invrijheidsstelling, zodat zij weten waar ze aan toe zijn. Voor de veiligheid is het bovendien van belang dat iedereen op een passende afdeling kan worden geplaatst. Met langere detenties worden gedetineerde personen ook steeds ouder: pas daarom de fysieke omgeving in detentie aan op de behoeftes van oudere of mindervalide gedetineerde personen.

Gevolgen van lange detenties - Een literatuurstudie naar de gevolgen van het lee­fklimaat in detentie voor langgestrafte personen

Bron: www.wodc.nl

4 december 2025