Artikelen van Nina Holvast

Tijdschrift NJB 7 (2022)
Integriteit in het parlement
Paul Bovend'Eert
De Tweede en de Eerste Kamer hebben in de afgelopen twee jaar, zij het na lang dralen, een gedragscode voor hun leden vastgesteld. Aan deze gedragscodes is bovendien een stelsel van handhaving toegevoegd. Beide Kamers hebben daarmee een belangrijke stap gezet op het punt van integriteitsbevordering in het parlement. Maar het vaststellen van een gedragscode is één ding, waar het nu op aankomt is dat de toepassing en handhaving van de gedragsregels en het toezicht op Kamerleden ter hand worden genomen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Voorlopige maatregelen in het strafrecht
Marc Beurskens
In deze bijdrage wordt een aanzet gegeven om te komen tot een mogelijke uitbreiding van bevoegdheden van het OM, in het bijzonder het kunnen treffen van voorlopige maatregelen in de aanpak van (ondermijnende) criminaliteit. De invoering van voorlopige maatregelen in het commune strafrecht zou een bijdrage kunnen leveren aan een betere verdeling van bevoegdheden tussen de burgemeester en de officier van justitie. Dat zou kunnen leiden tot een betere positionering en zichtbaarheid van het OM in de criminaliteitsbestrijding en daarmee de burgemeester minder kwetsbaar maken voor de tegenkracht die van criminelen uitgaat. Ook op het terrein van rechtsbescherming tegen voorlopige maatregelen, die in de huidige vorm nog wel eens als onvoldoende wordt gekenschetst, kan het strafrecht een positieve bijdrage leveren.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Professionele standaarden voor juridisch medewerkers
Nina Holvast en Giel Stoepker
Juridisch medewerkers vervullen een belangrijke rol binnen de Rechtspraak. Toch is er weinig vastgelegd over de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden die juridisch medewerkers hebben en de rol die zij geacht worden te vervullen in het rechterlijk besluitvormingsproces. Voor rechters zijn inmiddels professionele standaarden vastgesteld. Is het niet hoog tijd om deze ook voor juridisch medewerkers te formuleren?

[verder lezen in NAVIGATOR]

De Russische antisatellietwapentest
Marten Zwanenburg, Lonneke Peperkamp en Anne-Rixt Siemensma
Ruimtesystemen zijn van essentieel belang voor vele aspecten van het civiele leven, de nationale veiligheid en het functioneren van moderne krijgsmachten. Een onlangs uitgevoerde Russische antisatellietwapen (ASAT-)test leidde tot grote zorgen over dit soort testen en de groeiende hoeveelheid ruimtepuin die daar het gevolg van is. Dergelijke testen hebben bovendien een destabiliserend effect en dragen bij aan een wapenwedloop in de ruimte. Opvallend is dat staten en internationale organisaties die reageerden op de Russische test niet stelden dat er sprake was van een schending van het internationaal recht. Mogelijk biedt het bestaande recht onvoldoende duidelijkheid. Een aanvulling daarop in de vorm van een ban on destructive ASAT tests zou daarom een belangrijke stap ter beperking of voorkoming van ruimtepuin veroorzakende ASAT-testen zijn. De onderhandelingen over nieuwe richtlijnen verlopen echter moeizaam.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Reactie op Een regeling voor ‘verantwoord draagmoederschap’?
René Hoksbergen
In het artikel Een regeling voor ‘verantwoord draagmoederschap’? Misvattingen rondom het conceptwetsvoorstel Kind, draagmoederschap en afstamming’ stellen auteurs Van Beers & Bosch dat er onproblematische vormen van draagmoederschap zouden bestaan. Zij schrijven namelijk dat ‘(…) het bestaande ontmoedigingsbeleid zijn doel voorbijschiet. Ook onproblematische vormen van draagmoederschap worden nu ontmoedigd, terwijl draagmoederschap mogelijkheden biedt aan groepen die anders geen ouder kunnen worden zoals mensen met vruchtbaarheidsproblemen en homostellen’. Onproblematische vormen? De auteurs vinden kennelijk deze vormen, door er verder immers geen enkel woord aan te besteden, zonder meer acceptabel. Deze opvatting lijkt voort te komen uit een inmiddels tamelijk algemeen aangehangen vertrekpunt, namelijk dat alle mensen gelijk recht hebben op een kind dat dan eventueel ook niet van hen behoeft af te stammen (deels of helemaal niet).

[verder lezen in NAVIGATOR]

15 februari 2022
Tijdschrift NJB 3 (2019)
Evaluatie van de Wet hervorming herziening ten voordele
Joost Nan, Nina Holvast, Sjarai Lestrade, Paul Mevis en Peter Mascini
In deze bijdrage wordt ingegaan op de Wet hervorming herziening ten voordele en de recente evaluatie daarvan. Daarbij komen de wettelijke wijzigingen aan de orde en wordt onder meer stilgestaan bij de belangrijkste bevindingen en conclusies naar aanleiding van de uitgevoerde evaluatie. Geconcludeerd wordt dat de mogelijkheden om een afgesloten strafzaak herzien te krijgen, zijn verruimd, zonder dat de herzieningspoorten wagenwijd zijn opengezet. De wet is doeltreffend te noemen. Er zijn echter wel enkele knelpunten gesignaleerd die de werking van het rechtsmiddel herziening zouden kunnen frustreren.


Lees het hele artikel in Navigator.

Meerderjarigenbescherming en (on)bekwaamheid
Kees Blankman
In het kader van de bescherming van meerderjarigen en (on)bekwaamheid komt in deze bijdrage de wettelijke regeling van de curatelen, beschermingsbewinden en mentorschappen (cbm’en) aan de orde. Deze regeling scoort goed als het gaat om rechtszekerheid en -bescherming, maar het van rechtswege handelingsonbekwaam c.q. -onbevoegd worden verhoudt zich wel slecht met het uitgangspunt om die autonomie maximaal te honoreren. Is deze automatische aantasting van legal capacity wel te rechtvaardigen met een beroep op artikel 8 lid 2 EVRM?


Lees het hele artikel in Navigator.

Van rechtsbescherming naar machtsbescherming
Twan Tak
Op 1 januari is de Algemene wet bestuursrecht (Awb) 25 jaar geworden. Zij zou volgens de wetgever als codificatie, van nu eindelijk ook ons bestuursrecht en bestuursprocesrecht, de Nederlandse burgers verrijken met verhoogde rechtsbescherming. Wat is daarvan gekomen?


Lees het hele artikel in Navigator.

Tijd voor de bestuursregelrechter?
Jurian Bos en Dorien Brugman
Buurtrechter, vrederechter, spreekuurrechter, burenrechter, wijkrechter, regelrechter, ‘community court’, … aan creativiteit in de rechtspraak ontbreekt het niet. Laagdrempelige rechtspraak, ook wel maatschappelijk effectieve(re) rechtspraak geheten, krijgt in Nederland steeds meer vaste grond onder de voeten. In de praktijk gaat de aandacht vooral uit naar het civiele recht. Is het niet hoog tijd voor het bestuursrecht om aan te haken?


Lees het hele artikel in Navigator.

Van Lindenbaum/Cohen naar A/B?
Willem van Tongeren
De namen Lindenbaum en Cohen zijn ook na honderd jaar nog steeds springlevende namen in de rechtspraktijk en het onderwijs, vanwege een (civiel) arrest van de Hoge Raad. Het ging om een zakelijk conflict tussen twee natuurlijke personen. Een van Lindenbaums ‘bedienden’ was door Cohen overgehaald aan hem bedrijfsinformatie over Lindenbaums bedrijf te verklappen, waardoor Lindenbaum, zo stelde hij, in zijn bedrijf ernstig was benadeeld. Was dat onwetmatig of onrechtmatig?


Lees het hele artikel in Navigator.

23 januari 2019
Tijdschrift NJB 33 (2017)
Van comparitie naar mondelinge behandeling
Margreet Ahsmann
Bevordering van een efficiënte en snelle procesvoering staat in de KEI-wetgeving voorop. De wetgever heeft wat betreft de procesvoering door de advocaat geeëxpliciteerd dat elke advocaat het recht heeft zijn standpunt op de zitting toe te lichten, mag pleiten dus. Uiteraard mag hij dat doen aan de hand van een ‘spiekbriefje’. Maar een nieuw knelpunt dreigt te ontstaan: heeft de advocaat daarbij ook altijd het recht een pleitnota of zijn ‘spreek- of pleitaantekeningen’ over te leggen? De wetgever heeft zich daaromtrent in stilzwijgen gehuld; op fundamentele vragen van procesrecht lijkt deformalisering het antwoord te zijn. In dit artikel wordt ervoor ‘gepleit’ dat als hoofdregel niet toe te staan. Niet versterking van het schriftelijke element, maar juist een ruimere plaats voor het mondelinge element draagt bij aan rechtvaardige geschilbeslechting.


Lees het hele artikel in Navigator.

Wie neemt daadwerkelijk de beslissingen binnen de rechtbanken?
Nina Holvast
Men kan zich afvragen of het in overeenkomst is met de vereisten van rechtsstatelijkheid als ondersteunend personeel rechterlijke besluitvorming in belangrijke mate beïnvloedt. Recent promotieonderzoek van de auteur toont aan dat juridisch medewerkers regelmatig intensief betrokken zijn in de rechterlijke besluitvorming en dat zij daarmee een positieve bijdrage leveren aan de totstandkoming van rechterlijke oordelen. Maar er worden in dit artikel ook enkele voorbeelden gegeven van situaties waarin de betrokkenheid van juridisch medewerkers, vanuit een rechtsstatelijk oogpunt, zorgwekkende vormen kan aannemen. Uiteindelijk is het probleem niet zozeer dat er in de praktijk veel mis gaat, maar wel dat er gebrek is aan duidelijke, gedeelde normen met betrekking tot de betrokkenheid van juridisch medewerkers. Eveneens is er te weinig transparantie over de gang van zaken binnen de gerechten. Het zou goed zijn als er binnen de rechterlijke organisatie meer reflectie plaatsvindt op de wenselijke positie van juridisch medewerkers in het rechterlijke besluitvormingsproces.


Lees het hele artikel in Navigator.

Recidive inschatten met behulp van een empirisch model
Joke Harte
Bij de oplegging van straf, maatregel of toezicht wordt in belangrijke mate rekening gehouden met de kans dat de justitiabele zal recidiveren. Maar hoe wordt deze kans vastgesteld? Mensen, en zeker ook professionals, blijken niet goed in staat om toekomstig gedrag te voorspellen. De afgelopen jaren zijn daarom vele risicotaxatieinstrumenten ontwikkeld die gebaseerd zijn op kennis uit de empirie. Tot op heden worden deze instrumenten vooral gebruikt door gedragsdeskundigen in hun adviezen aan de rechterlijke macht. Het is echter te verwachten dat er binnen afzienbare tijd instrumenten beschikbaar komen die rechters en officieren van justitie zelf kunnen toepassen. Tegelijkertijd zijn er serieuze bedenkingen wat betreft de kwaliteit van de instrumenten en blijken er ernstige ethische bezwaren te bestaan tegen het gebruik. Het is van belang dat strafrechtjuristen zich mengen in de discussie over de rol en wenselijkheid van risicotaxatie-instrumenten in de strafrechtspraktijk.


Lees het hele artikel in Navigator.

27 september 2017