Artikelen van Marjolein Dieperink

Tijdschrift NJB 2 (2025)
Wat is dan wel de emissiereductienorm voor individuele bedrijven?
Marjolein Dieperink en Audrey Hendrix
Het Hof Den Haag concludeerde in zijn arrest inzake Milieudefensie/Shell dat de civiele rechter op dit moment niet kan vaststellen welke concrete norm voor emissiereducties voor een individueel bedrijf geldt. Europese klimaatwetgeving zou duidelijkheid moeten scheppen. In dit artikel wordt deze wetgeving en de Nederlandse implementatie besproken. Op grond van het EU-wetgevingspakket verloopt het reguleren van emissiereducties via twee sporen. Het eerste spoor betreft de juridische borging van het bedrijfsspecifieke klimaattransitieplan met daarin bindende, tijdgebonden, absolute reductiedoelstellingen. Het tweede betreft sectorale klimaatwetgeving voor bijvoorbeeld de energie-, industrie- en transportsector. De implementatie van de diverse richtlijnen leidt tot complexe vraagstukken, des te meer als de twee sporen in onderling verband worden gezien, noodzakelijk opdat een coherent juridisch kader voor emissiereducties ontstaat. Want in een transitie waarin bedrijven in een relatief kort tijdsbestek moeten voldoen aan een sterk veranderend juridisch kader is rechtszekere, effectieve wetgeving cruciaal.

[verder lezen in InView]

De inzet van deskundigen door de verdediging
Noa Kaesler, Karien van den Doel, Robert Horselenberg en Dian Brouwer
De Wet deskundige in strafzaken, ingevoerd in 2010, beoogde onder andere de mogelijkheden voor de verdediging om een deskundige in te schakelen te vergroten. Over het effect daarvan is nog weinig bekend. Auteurs van dit artikel voerden een verkennend onderzoek uit naar de mate waarin de verdediging gebruik maakt van deskundigen, al dan niet via het landelijk Register Gerechtelijk Deskundigen. De versterking van de positie van de verdediging die werd beoogd, blijkt in de praktijk voorlopig beperkt te zijn.

[verder lezen in InView]

Niet de provincie maar het rijk: de commissaris van de Koning in de Spreidingswet
Bregt Martens
Commissaris van de Koning is een hybride ambt: enerzijds handelt hij als rijksorgaan ten behoeve van het rijk bij de uitoefening van rijkstaken, anderzijds behartigt hij als provinciaal orgaan de belangen van de provincie bij de vervulling van provinciale taken. Het is van belang deze verschillende posities van de commissaris duidelijk van elkaar te scheiden, met name gezien de verschillende staatsrechtelijke posities van beide organen met verschillende verantwoordingsrelaties en om verkeerde beeldvorming die kan ontstaan te voorkomen. Zeker nu sinds een aantal jaar sprake is van een opleving van de inzet van de commissaris als rijksorgaan door deze in die rol in te zetten om nationale crises, zoals de stikstof- en de asielopvangcrisis, op te lossen.

[verder lezen in InView]

De rol van de mobiele telefoon bij ongewenst contactverlies tussen ouders en kinderen
Ine Avontuur
Een onderbelicht probleem dat speelt in zaken waarin sprake is van dwingende controle en intieme terreur is dat de mobiele telefoon het mogelijk maakt om onbeperkt rechtstreeks contact te zoeken met een kind, ook als het in de zorg bij de andere ouder is. Gebrek aan fysiek contact met een ouder hoeft zo niet in de weg te staan aan een alles ontwrichtende negatieve beïnvloeding.

[verder lezen in InView]

15 januari 2025
Tijdschrift NJB 6 (2021)
Klimaat & Duurzaamheid, uitdagingen en dilemma’s voor banken
Robert van den Bosch en Pim Brouwer
In deze bijdrage beschrijven de auteurs welke gevolgen verduurzaming heeft en kan gaan hebben op de praktijk van banken. Een belangrijk aspect daarbij is de snelheid van de ontwikkelingen in duurzaamheidskwesties. Wat nog maar een paar jaar geleden acceptabel was, is dat vandaag de dag wellicht niet meer. En wat op dit moment acceptabel is, kan over een aantal jaar zo maar als onacceptabel worden gezien. Kan een bank dan op grond van voortschrijdend inzicht ten aanzien van duurzaamheid (lang)lopende kredieten opzeggen, of zelfs de gehele bancaire relatie met een klant of klantgroepen beëindigen? Hoe dienen banken dan om te gaan met claims van klanten en derden waarmee ze geconfronteerd zullen worden? Welke gevolgen dient een bank te verbinden aan het feit dat activa die als dekking voor verstrekte kredieten dienen, als gevolg van de ontwikkelingen minder (dekkings)waarde hebben, of helemaal geen waarde meer hebben? En hoe dienen banken om te gaan met de enorme financiële gevolgen van deze ontwikkelingen? Aldus geven de auteurs een schets van de uitdagingen en dilemma’s waar (juristen bij) banken zich al dagelijks voor gesteld zien.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Klimaat- en energiewetgeving: zonder visie geen transitie
Marjolein Dieperink
Goede wetgeving is cruciaal voor het halen van de klimaat- en energiedoelstellingen. De huidige en voorgenomen wetgeving schiet te kort, onder meer omdat het aan samenhang, onderlinge afstemming en prioritering ontbreekt. In dit essay worden de principes verkend, die bij klimaat- en energiewetgeving in acht moeten worden genomen. Wetgeving die op dergelijke principes rust, bevordert de realisatie van transitieprojecten en vergroot de kans op de realisatie van de klimaat- en energiedoelstellingen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Vier jaar Restitutie(wan?)beleid
Alfred Hammerstein
De aanbevelingen van de Evaluatiecommissie roofkunst houden na twintig jaar een ingrijpende wijziging van het beleid in waarvan de noodzaak en rechtvaardiging discutabel zijn. Door consequent uit te gaan van het perspectief van het slachtoffer kiest de Evaluatiecommissie bewust voor een eenzijdige benadering. In feite valt er, als de aanbevelingen van de evaluatiecommissie worden opgevolgd, na vaststelling van eigendom en onvrijwilligheid niet veel meer af te wegen en kan van bescherming van een belang van de verweerder geen sprake meer zijn. De beoordelingsvrijheid van de Restitutiecommissie wordt geheel aan banden gelegd met het voorstel vrijwel alle omstandigheden die zijn vermeld in het reglement van de Restitutiecommissie te schrappen en een nieuw beoordelingskader met een dwingende volgorde en dwingende keuzes te ontwerpen. Als de verzoekers louter (nabestaanden van) slachtoffers zouden zijn van nazigeweld, is deze keuze te verklaren en te billijken, maar in werkelijkheid ligt het zo eenvoudig niet.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Witwassen
Danny Braakman en Charles van der Voort
Op basis van de in het Zes-stappen-arrest geformuleerde stappen dient de rechter te oordelen of bewezen kan worden geacht dat de verdachte schuldig is aan witwassen. Het is zaak, voor zowel het Openbaar Ministerie als voor de verdediging, deze stappen niet te gemakkelijk en overhaast te nemen. Het is aan het Openbaar Ministerie om eerst een vermoeden van witwassen zonder gronddelict te onderbouwen met voldoende, overtuigend bewijs. En aan de verdediging om goed in de gaten te houden of het Openbaar Ministerie inderdaad voldoende feiten en omstandigheden aandraagt om aan te tonen dat zonder meer sprake is van een vermoeden van witwassen. Zolang er geen voldoende en overtuigend bewijs is voor een vermoeden van witwassen, kan het feit dat een verdachte zich op zijn zwijgrecht beroept niet tegen hem worden gebruikt. Als dat wel het geval is, is het voor de verdachte niet altijd verstandig om te zwijgen.

[verder lezen in NAVIGATOR]

Vrijwilligheid als wassen neus in grootschalig DNA-verwantschapsonderzoek
Wouter Jong
In de recente veroordeling van Jos B. is de rol van het grootschalig DNA-verwantschapsonderzoek onderbelicht gebleven. Maar er zijn kanttekeningen te plaatsen bij de manier waarop de veroordeelde in het vizier kwam nadat het DNA-verwantschapsonderzoek in de zaak Nicky Verstappen was gestart. Een evaluatie van deze gang van zaken is op zijn plaats.

[verder lezen in NAVIGATOR]

11 februari 2021