Artikelen van Lidy F. Wiggers-Rust
Tijdschrift
NJB 37 (2022)
Goed voorbeeld doet goed volgen!
De hoogste rechters besteden veel aandacht aan de coördinatie van bestuursrecht en privaatrecht. Dat levert mooie afstemmingsresultaten op. Gelet op de toenemende verwevenheid tussen bestuursrecht en privaatrecht is voor een goede toegankelijkheid van de rechter en een effectieve handhaving van regelgeving ook samenwerking tussen bestuursrechters en burgerlijke rechters op lager niveau nodig, met name in eerste aanleg. Het is de hoogste tijd daaraan vorm te geven!
Enige gedachten bij de Rosmalense zelfdoding
De zaak van de Rosmalense zelfdoding, totdat de gerechtelijke dwaling in deze zaak erkend werd bekend als de Rosmalense flatmoord, heeft het leven van Rob, die veertien jaar onterecht vastzat, volledig ontwricht. Het is een verhaal waarin fout op fout is gestapeld, waarin tal van machinaties gepleegd zijn waarin de psychisch kwetsbare Rob welbewust geframed is als een gewelddadig persoon en waarin tunnelvisie heerste bij politie en OM. Maar waarin de rechterlijke macht ook het een en ander te verwijten valt. De lange strijd die moest worden geleverd om uiteindelijk tot de vrijspraak te komen is er een van menselijkheid tegenover juristerij. Een weliswaar juridisch correct maar in kille, niet-empathische bewoordingen gesteld arrest en een excuusbriefje zetten dat niet recht, doen zelfs afbreuk aan hoe wordt gedacht over recht doen.
De distributieve bijdrageplichten rond klimaatverandering
Het vonnis van de Rechtbank Den Haag inzake Milieudefensie/Shell heeft vele kritische reacties opgeroepen. Zou er dan geen rol voor de civiele rechter weggelegd moeten of kunnen zijn als het gaat om klimaatverandering? Jawel, want aan rechters komt onvermijdelijk beslissingsruimte toe als politieke besluitvorming achterblijft en de maatschappelijke roep om meer duidelijkheid en een gelijker speelveld luider wordt. De aanvullende werking van het civiele recht is niet alleen gelegen in het vaststellen van normen die uiteindelijk door zelfregulering en/of regelgeving beter laat dan nooit geformuleerd zullen worden, maar evenzeer in het aanjagen van die normering. Hoe de (feiten)rechter dit kan bewerkstelligen wordt in dit stuk uiteengezet.
Wvggz en Wzd geëvalueerd: over kwaliteit van wetgeving
Onlangs verscheen het tweede rapport van de (eerste) evaluatie van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) en de Wet zorg en dwang (Wzd). De conclusies zijn hard: de wetgeving is mislukt wat betreft toegankelijkheid, werkbaarheid, aansluiting bij het terrein waarop zij van toepassing is en het gemak waarmee zij kan worden geïmplementeerd. Ook ontbreken er allerlei financiële en organisatorische randvoorwaarden en zijn er te weinig reality checks gedaan bij de totstandkoming. Er is een nieuw wetsvoorstel met verbeteringen aangekondigd en alles moet op alles worden gezet om deze vlot en goed door de parlementaire behandeling te laten gaan. Een nieuwe evaluatie laat beter niet nog vijf jaar op zich wachten.
Tijdschrift
NJB 39 (2018)
Rechtsbescherming in het sociaal domein
Voor een goed samengaan van bestuurs- en privaatrecht in samenhangende zaken dient te worden voorzien in een duidelijke regeling van (door)verwijzing van de burger naar de aangewezen rechter en dient verdere stroomlijning van de toegang tot de bestuurs- en de burgerlijke rechter plaats te vinden. In dat verband is opheffing van nodeloze verschillen tussen beide rechtssystemen (met name waar het gaat om griffierecht en proceskostenveroordeling) van groot gewicht. In de nader te structureren dialoog tussen beide rechters kan kruisbestuiving voorts tot optimalisering van rechtsbedeling leiden.
Lees het hele artikel in Navigator.
Komt het ooit nog goed met het Europees Parlement?
De kwestie van de onkostenvergoedingen en het probleem van de nevenfuncties tasten al jaren de reputatie aan van het Europees Parlement in het algemeen en de integriteit van zijn leden in het bijzonder. Recente ontwikkelingen leren dat het zijn zaken nog steeds niet op orde heeft. Het schiet niet alleen ernstig tekort in de verantwoording van publieke uitgaven, ook op het punt van belangenverstrengeling is er helaas veel op het Europees Parlement aan te merken.
Lees het hele artikel in Navigator.
Democratie en de gewone deugden
Op 31 oktober 2018 is tijdens een Buitengewone Vergadering van de Raad van State afscheid genomen van Piet Hein Donner als vice-president van de Raad van State. Dit is een licht-bewerkte versie van de inleiding gehouden tijdens het op de dag daarvóór ter gelegenheid van zijn afscheid georganiseerde symposium ‘Rechtsorde en bestuur’.
Lees het hele artikel in Navigator.
Ons strafprocesrecht gaat aan nuancering ten onder
Elke dinsdag om 13.00 uur is ons strafprocesrecht weer iets ingewikkelder geworden. Dan heeft de Strafkamer van de Hoge Raad, die van oudsher op dinsdag om 12.30 uur zitting houdt, in een van haar uitspraken of beschikkingen weer een nieuwe nuance aangebracht, een uitzondering op een uitzondering geformuleerd, of een subtiele subregel gegeven. Vervolgens wordt van vijftigduizend politieambtenaren verwacht dat zij vanaf de volgende ochtend 0.00 uur de nieuwe regel (subregel, uitzondering, nuance) foutloos toepassen.
Lees het hele artikel in Navigator.
Tijdschrift
NJB 30 (2017)
Interne rechtsvergelijking
Waarom is interne rechtsvergelijking, dat wil zeggen het onderzoeken en vergelijken van verschillende rechtsgebieden binnen een nationaal rechtssysteem, juist in de huidige meergelaagde rechtsorde zo essentieel? In dit artikel wordt een poging gedaan tot het beantwoorden van deze veelzijdige vraag. Daarbij passeren de volgende aspecten de revue: de in snel tempo toenemende vervlechting van het privaatrecht en het bestuursrecht en de achtergronden daarvan; de rol die het Europese recht in die vervlechting speelt en tot slot de hoge eisen die daaruit voor juristen voortvloeien, of ze nu in de wetgeving, de rechterlijke macht of de advocatuur werkzaam zijn. De academie dient juristen af te leveren die op deze eisen zijn voorbereid door onderwijs en onderzoek daarop (mede) af te stemmen.
Lees het hele artikel in Navigator.
Naar een nieuwe demonstratiewet
Er bestaat langzamerhand niet alleen de nodige spanning tussen bepalingen in de Wet openbare manifestaties en die van de Grondwet en het EVRM. Ook is de kritiek op de omvang waarin deze grondrechten daadwerkelijk bescherming krijgen in de rechtspraktijk alleszins gerechtvaardigd. Er zijn overtuigende redenen voor een nieuw kabinet om hiermee aan het werk te gaan. Het valt te prijzen dat de huidige regering in de kritiek uit binnen- en buitenland aanleiding heeft gezien om de wet te laten evalueren. Nu is het alleen nog zaak om de aanbevelingen ter harte te nemen en de Wet openbare manifestaties steviger dan op dit moment de bedoeling is op de schop te nemen.
Lees het hele artikel in Navigator.
Gedwongen penetratie: verkrachting of aanranding?
Afgelopen december publiceerde de NOS een artikel waarin aandacht werd gevraagd voor mannen die door vrouwen worden misbruikt. Om uiteenlopende redenen is relatief weinig bekend over deze groep mannelijke zedenslachtoffer. Een vraag die naar aanleiding van deze berichtgeving rijst is of de groep mannelijke slachtoffers die door vrouwen zijn misbruikt dezelfde strafrechtelijk bescherming toekomt als het geval is bij vrouwelijke slachtoffers en mannelijke daders. Kan dergelijk misbruik worden gekwalificeerd als verkrachting (artikel 242 Sr)? In het bijzonder wordt in deze bijdrage stilgestaan bij de vraag of de situatie waarin een man tegen zijn wil wordt gedwongen tot penetratie onder de huidige wettelijke formulering van verkrachting kan worden geschaard.
Lees het hele artikel in Navigator.
Bedenkingen bij grootschalig DNA-onderzoek
In mei 2017 liet het OM weten dat aan 15.000 mannen gevraagd zal worden DNA af te staan in de onopgeloste moord op Nicky Verstappen uit 1998. Dat is bijna een verdubbeling van de hoeveelheid uitgenodigde mannen in de Marianne Vaatstra-zaak, die in 2012 opgelost werd. Om zo’n grote groep mannen te selecteren, wordt DNA-onderzoek uitgevoerd op bij het slachtoffer aangetroffen biologisch sporenmateriaal om zodoende uitspraken te doen over ‘zijn’ meest waarschijnlijke uiterlijk waarneembare persoonskenmerken.
Lees het hele artikel in Navigator.
Tijdschrift
NJB 34 (2016)
Multiple politica en tegendemocratie
Het nakende jubileum van het algemeen kiesrecht, maar ook de komende verkiezingen, nodigen bij uitstek uit tot bezinning over de vertegenwoordigende democratie. De suggestie die hier wordt gedaan is die democratie meer als een agora en platform op te vatten. Zo wordt een opener politiek debat mogelijk, dat zicht weet te houden op wat er in de tegendemocratie plaatsvindt en aan standpunten wordt geagendeerd. Tegelijkertijd blijft robuuste verankering van instituties minstens even cruciaal, want juist die staan garant voor stabiliteit en voor de rechtsstaat. De uitdaging bestaat er dus in om dialectisch te democratiseren en het ene te doen en het andere niet te laten: intelligent ruimte geven aan de tegendemocratie en hindermacht, en verstandig voortbouwen op wat de vertegenwoordigende democratie en flankerende instituties te bieden hebben.
Lees het hele artikel in Navigator.
Het verbod van een politieke partij
De opkomst in Europa van rechts-populistische partijen enerzijds en moslim-fundamentalisten anderzijds dwingt regeringen er toe na te denken over de vraag hoe om te gaan met extremistische organisaties en bewegingen wier gedachtegoed of ideologie haaks staat op de uitgangspunten van democratische rechtsstaten. Wat rechtvaardigt het verbod van een politieke partij in een democratie? Hoe kan een dergelijke ogenschijnlijk ondemocratische maatregel politiek-filosofisch gerechtvaardigd worden en wat vormt het huidige juridische criterium voor een partijverbod? Betoogd wordt dat de rechtsfilosofie van Gustav Radbruch in de politiek-filosofische rechtvaardiging voor een partijverbod kan voorzien. Daarnaast wordt geconcludeerd dat op grond van het huidige recht niet alleen antidemocratische partijen, maar ook anti-rechtsstatelijke partijen verboden kunnen worden. In dat opzicht ligt aan de Nederlandse rechtsorde een materiële democratie-opvatting ten grondslag.
Lees het hele artikel in Navigator.
‘Ius ét iustitia’ en de correctie Langemeijer
Recent adopteerde de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de, in het privaatrecht ontwikkelde, correctie Langemeijer. Wat betreft (de toepassing van) deze correctie zijn er tussen privaatrecht en bestuursrecht zeker nog verschillen, die deels door de aard van het bestuursrecht kunnen zijn ingegeven. Ook in verband met de te dienen rechtvaardigheid zijn nog ‘punten’ te maken. Een en ander neemt echter niet weg dat het verheugend is dat door de Afdeling stappen zijn en worden gezet om een onrechtvaardige uitwerking van het relativiteitsvereiste te kunnen voorkomen door adoptie van deze correctie in het bestuursrecht. Dat op zich reeds verdient hulde. In de praktijk moet er wel op worden toegezien dat uitholling van dit correctief door een te rigide gebruik ervan wordt vermeden.
Lees het hele artikel in Navigator.
Rapport Commissie rechtseenheid bestuursrecht
Het advies van de Commissie rechtseenheid bestuursrecht biedt een degelijke analyse van de verschillende mogelijkheden tot rechtseenheidsvoorziening en maakt met feitelijke informatie en voorbeelden duidelijk waarom een gedifferentieerd stelsel de voorkeur heeft. Rechtseenheidsvragen komen in soorten en maten voor, waarop procedurele instrumenten moeten worden afgestemd. Door de minimale regeling die wordt voorgesteld, zal veel afhangen van de toepassing van de procedures in de praktijk door de Afdeling en de Hoge Raad.
Lees het hele artikel in Navigator.
Zaakstoedeling en artikel 17 Gw
Aflevering 292 bevat een prikkelende bijdrage van Ulli d’Oliveira met de titel ‘Zaakstoedeling en het vleugellamme artikel 17 Grondwet’. Uitgaande van zijn interpretatie van dit artikel en van artikel 6 EVRM acht hij de praktijk bij sommige gerechten ongrondwettig. Hij bepleit formele regelgeving ter uitvoering van het grondwetsartikel. Ik plaats kele kanttekeningen bij zijn bijdrage.
Lees het hele artikel in Navigator.
Bekijk dit nummer in Navigator.
Tijdschrift
NJB 21 (2013)
Roeien tegen de stroom in?
Over de verhouding tussen privaatrecht en bestuursrecht
De onderlinge vervlechting van privaatrecht en bestuursrecht neemt, mede onder invloed van EU-recht en het EVRM en als gevolg van privatisering van regelgeving, toe. De scheidslijn laat zich steeds moeilijker trekken. Aanscherping van grenzen wordt mogelijk een ‘roeien tegen de stroom in’. Is ook voor ons niet de tijd gekomen om ‘de kloof tussen beide rechtstakken’ te dempen? Een oproep tot debat.
De onderlinge vervlechting van privaatrecht en bestuursrecht neemt, mede onder invloed van EU-recht en het EVRM en als gevolg van privatisering van regelgeving, toe. De scheidslijn laat zich steeds moeilijker trekken. Aanscherping van grenzen wordt mogelijk een ‘roeien tegen de stroom in’. Is ook voor ons niet de tijd gekomen om ‘de kloof tussen beide rechtstakken’ te dempen? Een oproep tot debat.
Een juridische standaard voor ontoerekeningsvatbaarheid?
In veel rechtssystemen wordt een juridische standaard gehanteerd voor ontoerekeningsvatbaarheid. Een dergelijke standaard die in Nederland ontbreekt specificeert in welke gevallen een psychische stoornis tot ontoerekeningsvatbaarheid leidt. Hij functioneert als intermediair tussen gedragsdeskundige feiten enerzijds en de juridische norm anderzijds. In deze bijdrage wordt de introductie van een dergelijke juridische standaard in het Nederlandse strafrecht bepleit. De argumenten voor het introduceren van zo’n standaard houden onder meer verband met de grenzen van de gedragsdeskundige expertise, met transparantie en rechtsgelijkheid.
Een renaissance van vormverzuimen in het strafrecht?
De uitdaging van HR 19 februari 2013, LJN BY5321
De Hoge Raad geeft in een arrest van 19 februari 2013 handen en voeten aan argumenten die de rechter bij de toepassing van bewijsuitsluiting in de praktijk ongetwijfeld al in zijn belangenafweging zal meewegen. Echter, nu de rechter zijn beslissing, anders dan voorheen, extra en expliciet zal moeten motiveren, rijst de vraag of de Hoge Raad vanwege het gekozen format van zijn arrest het beslissingenschema van de strafrechter niet onnodig bemoeilijkt.
De Hoge Raad geeft in een arrest van 19 februari 2013 handen en voeten aan argumenten die de rechter bij de toepassing van bewijsuitsluiting in de praktijk ongetwijfeld al in zijn belangenafweging zal meewegen. Echter, nu de rechter zijn beslissing, anders dan voorheen, extra en expliciet zal moeten motiveren, rijst de vraag of de Hoge Raad vanwege het gekozen format van zijn arrest het beslissingenschema van de strafrechter niet onnodig bemoeilijkt.