Artikelen van Iris van Oosterhout
Tijdschrift
NJB 2 (2023)
De effectiviteit van het rechterlijk bevel tot emissiereductie in klimaatzaken
Met de uitspraken in de Urgenda-zaak en het vonnis van de Rechtbank Den Haag in de klimaatzaak tegen Shell heeft de rechterlijke macht zich het belang van emissiereductie aangetrokken. Aan deze rechterlijke bemoeienis met klimaatbeleid kleven meerdere problemen. Dit artikel richt zich op een daarvan: de effectiviteit van rechterlijke bevelen tot emissiereductie. Met andere woorden: kan zo’n bevel tot het beoogde gevolg leiden? Om die vraag te beantwoorden wordt geanalyseerd hoe de doel-effectiviteit van dergelijke rechterlijke bevelen tot emissiereductie in klimaatzaken objectief kan worden beoordeeld.
Vrijheid, gelijkheid en non-binariteit
Recentelijk was het Wetsvoorstel wijziging vermelding geslacht in de geboorteakte onderwerp van plenair debat in de Tweede Kamer. Met dit wetsvoorstel wordt voorgesteld de procedure voor juridische geslachtswijziging te vereenvoudigen door afschaffing van de, nu nog noodzakelijke, deskundigenverklaring. In het wetsvoorstel wordt echter nog altijd uitgegaan van een binaire sekseregistratie. Nu met het wetsvoorstel de zelfbeschikking van een persoon de enige voorwaarde wordt voor geslachtswijziging, rijst de vraag of zelfbeschikking niet op dezelfde wijze zou moeten leiden tot erkenning van een non-binaire geslachtsaanduiding.
Maatschappelijk effectieve rechtspraak bij de Centrale Raad van Beroep
Binnen de Centrale Raad van Beroep wordt geëxperimenteerd met een nieuwe oplossingsgerichte afdoeningsmodaliteit, vooralsnog alleen in bijstandszaken. Een eerste onderzoek naar de resultaten van dit project genaamd ‘Gericht Op Oplossing’ (GOO) is bemoedigend. Uit het onderzoek blijkt dat de respondenten – zowel burgers als gemachtigden – over de hele linie zeer tevreden zijn over de GOO-behandeling.
De Hoge Raad en box 3
De belastingkamer van de Hoge Raad heeft de vraag of ook een op rechtsherstel gerichte compensatie moet worden verleend aan belastingplichtigen die niet tijdig bezwaar hebben gemaakt tegen aanslagen box 3 en van wie de aanslag onherroepelijk vaststond op het moment van het zogenoemde Kerst-arrest ontkennend beantwoord. Daarop is wel wat af te dingen.