Artikelen van Floor Fleurke

Tijdschrift NJB 30 (2018)
Milieudefensie versus Shell; een verkenning
Floor Fleurke en Lodewijk Smeehuijzen
Met de aansprakelijkstelling door Milieudefensie van Shell, is in Nederland het denken over juridische verantwoordelijkheden van oliegiganten ten aanzien van klimaatschade niet langer een theoretische exercitie. In deze bijdrage worden drie onderwerpen besproken die, als het tot een inhoudelijke behandeling van de zaak zou komen, een centrale rol zullen spelen. Ten eerste is relevant of er nationaal of Europees overheidshandelen valt aan te wijzen dat voor Shell een soort ‘vrijwarende functie’ heeft. Ten tweede is er de vraag of de civiele rechter over kwesties als deze kan en moet oordelen. Het derde onderwerp is de inhoudelijke, aansprakelijkheidsrechtelijke kant van de zaak: welke punten zal de rechter in overweging nemen bij beantwoording van de vraag of Shell al dan niet handelt in strijd met de maatschappelijke betamelijkheid van art. 6:162 lid 2 BW?


Lees het hele artikel in Navigator.

De Gezondheidsraad over het vaststellen van de dood
Govert den Hartogh
De Wet op de Orgaandonatie eist dat de dood moet worden vastgesteld in overeenstemming met de stand van de wetenschap voordat organen mogen worden uitgenomen. Maar is het dan echt de dood die wetenschappelijk wordt vastgesteld? Of is ‘de dood’ hier alleen maar een juridische fictie voor het moment waarop de organen mogen worden uitgenomen? Het is onwenselijk voor een wet die zo’n sterk appel doet op de burger om een verantwoorde keuze over orgaandonatie te maken, om afhankelijk te zijn van een zo slecht begrepen en zozeer betwiste doodsopvatting. Het zou eerlijker en wellicht effectiever zijn om te erkennen dat er discussie mogelijk is over het wezen van de dood, en vervolgens als wetgever op transparante gronden in die discussie een verdedigbare positie in te nemen die ook recht doet aan de zorgen die er in feite bestaan.


Lees het hele artikel in Navigator.

Open accessregeling artikel 25fa Aw
Wirt Soetenhorst
In dit artikel wordt een korte schets en een beschrijving gegeven van de ontwikkelingen rond open access in de Nederlandse juridische uitgeefmarkt. Met specifiek aandacht voor de wettelijke regeling van open access in de Nederlandse Auteurswet en de VSNU-Wolters Kluwer Nederland-deal.


Lees het hele artikel in Navigator.

Een commentaar op ‘Naar een gevangenisstraf met behandeling’
Jochem Jansen
Het breder inzetten van behandelingen bij gedetineerden zou bevorderlijk zijn voor zowel de gedetineerde, het gevangenispersoneel als de samenleving in zijn algemeenheid. Daartoe is in de eerste plaats noodzakelijk dat de behandelopties voor gedetineerden worden uitgebreid. Op dit moment sluiten de mogelijkheden slecht aan op de doelgroep.


Lees het hele artikel in Navigator.

11 september 2018
Tijdschrift NJB 9 (2014)
Sleutelen aan het klimaat
Jonathan Verschuuren en Floor Fleurke
In internationale klimaatonderhandelingen zijn de laatste decennia op papier ambitieuze mondiale doelstellingen neergelegd voor de reductie van uitstoot van met name broeikasgassen als CO2 die tot klimaatopwarming leiden. Schoner en efficiënter energieverbruik is het motto voor industrie, transport, landbouw en consumenten. In de praktijk hebben deze ambities tot onvoldoende resultaat geleid. Reden waarom de aandacht van wetenschappers zich meer en meer richt op klimaatengineering waarbij allerhande technieken de opwarming van de aarde moeten beteugelen. Deze technieken, die rechtstreeks in het klimaat ingrijpen door bijvoorbeeld wolken witter te maken of oceanen met stikstof en fosfaten te bemesten, lijken veelbelovend maar brengen tal van vragen van politieke, ethische, socio-econonomische en ook juridische aard met zich mee. Na een korte inhoudelijke beschrijving van de diverse vormen van klimaatengineering worden internationale (milieu)verdragen en achterliggende beginselen onder de loep genomen. Bestaande juridische kaders blijken reeds enig kader te bieden voor besluitvorming over klimaatengineering. Er bestaan echter ook diverse lacunes die nog ingevuld moeten worden.
Een kindvriendelijk strafproces?
Jakoline Winkels
Op 7 oktober 2013 is de Europese Richtlijn over het recht op een advocaat aangenomen. Minder dan twee maanden later volgde een voorstel voor een Europese Richtlijn over kinderen in strafzaken. Op 13 februari 2014 publiceerde het kabinet twee wetsvoorstellen over het recht op rechtsbijstand voor en tijdens verhoor. De implementatie van de Europese Richtlijn over het recht op een advocaat komt daarmee steeds dichterbij. Maar is er, anticiperend op het voorstel voor een Richtlijn over kinderen in strafzaken, ook rekening gehouden met speciale waarborgen voor jonge verdachten? Deze bijdrage bespreekt het geldende recht op rechtsbijstand voor minderjarige verdachten en het implementatievoorstel in het licht van deze Europese (concept)regelgeving met behulp van een rechtsvergelijkend perspectief. In België is het recht op consultatie- en verhoorbijstand al sinds 2012 in werking en deze wetgeving is inmiddels uitvoerig geëvalueerd. Voor wat betreft minderjarige verdachten kunnen bepaalde aspecten van de Belgische wet en praktijk de Nederlandse wetgever inspireren. Aan bod komen het doen van afstand van het recht op rechtsbijstand, de specialisatie van de jeugdadvocaat en de rol van de advocaat tijdens verhoor.
Consultatierecht voor verdachte militair in het buitenland onvoldoende praktisch en effectief
Sébas Diekstra en Sharon Shenbar
Nederlandse militairen bevinden zich veelvuldig in het buitenland, zowel voor oefeningen als daadwerkelijke operationele inzet. Militairen die in het kader van missies naar het buitenland worden gezonden, vervullen vaak complexe taken onder zware omstandigheden. Tijdens een dergelijke inzet in het buitenland kan de militair betrokken raken bij een incident waardoor er een strafrechtelijk onderzoek tegen hem wordt gestart. Het recht op consultatie van een advocaat als bedoeld in het Salduz-arrest geldt ook voor de militair in het buitenland. Het is weinig praktisch en niet zelden gewoonweg lastig als een militair in het buitenland een advocaat wil raadplegen, deze is immers niet voorhanden. De vraag dient zich daarom aan of de militair in het buitenland wel op een effectieve wijze gebruik kan maken van het consultatierecht.
Reactie op artikel Kolenbrander in NJB van 8 november 2013
Jos Burgers

Naschrift
Jan-Willem Kolenbrander
6 maart 2014