Artikelen van Edwin Alblas
Tijdschrift
NJB 27 (2021)
Milieuorganisaties in beroep
Het Verdrag van Aarhus strekt onder andere tot het waarborgen van ‘ruime toegang’ tot de rechter bij milieuaangelegenheden voor milieuorganisaties, om hiermee de uitvoering en handhaving van milieuwetgeving te bevorderen. Op basis van bestaande theoretische literatuur en een kwalitatief onderzoek onder 35 Nederlandse milieuorganisaties analyseert dit artikel wat voor milieuorganisaties eigenlijk de factoren zijn die de toegang tot de rechter bepalen. Hierbij wordt specifiek aandacht besteed aan het vereiste om een zienswijze te hebben ingediend alvorens tegen een besluit in beroep kan worden gegaan. Het beeld dat uit de data naar voren komt is dat momenteel zowel de toegang tot de rechter als de doeltreffendheid van de rechtsgang bij milieuaangelegenheden onder druk staan.
Bestuursorganen in nood
Deze bijdrage gaat over de gevolgen van het Varkens in Nood-arrest voor het bestuur. Welke risico’s loopt het bestuur door het oordeel dat deelname aan de uitgebreide procedure een facultatief karakter heeft gekregen, in ieder geval voor milieuverenigingen die het niet eens zijn met het ter inzage gelegde plan voor het nemen van een omgevingsrechtelijk besluit? Dit heeft voor het bestuur serieuze risico’s, gezien de extra kans op vernietiging van het bestreden besluit wegens een niet tijdig onderkend gebrek. Wat kan het bestuur doen om die risico’s zo klein mogelijk te houden? Bestuursorganen zouden zich moeten inspannen om milieuverenigingen het gevoel te geven dat deelname aan de uitgebreide procedure vooral nuttig is. Zo kan het Varkens in Nood-arrest een deugd worden: de aanleiding tot verbetering van de zienswijzeprocedure.
Urgenda in Frankrijk, of de Zaak van de Eeuw
‘Ons’ Urgenda-arrest was van meet af aan algemeen bekend in kringen van milieuorganisaties, ook internationaal. In diverse landen zijn bij de rechter klimaatzaken tegen de overheid aanhangig gemaakt. Ook in Frankrijk, waar Urgenda veel aandacht heeft gekregen in de dagbladpers en in de juridische literatuur. De voorloper van de Franse jurisprudentie over klimaatzaken, Amis de la Terre-France I, dateert van 2018, dus van vóór het Urgenda-arrest; maar het inleidende verzoek was van na het rechtbankvonnis inzake Urgenda. Daarna volgden enkele echte klimaatzaken. Hoe verliepen de ontwikkelingen in Frankrijk? En als toetje: Urgenda in België, aflevering 1.
Een stem voor burgers in de strijd tegen klimaatverandering
Een nationaal burgerberaad over het klimaat kan een mogelijke remedie vormen voor het huidige gebrek aan draagkracht en draagvlak in het klimaatbeleid. Het kan het publieke vertrouwen in het klimaatbeleid vergroten en ervoor zorgen dat het publiek open staat voor de te implementeren maatregelen. Een en ander hangt wel af van het waarborgen van de representativiteit van een burgerberaad. Om te winnen aan daadkracht en draagkracht om tot de benodigde klimaatmaatregelen te komen is het noodzakelijk dat er vooraf duidelijkheid bestaat over wat er gebeurt met implementatie van de uitkomsten van een burgerberaad. In dit artikel wordt een aantal mogelijkheden verkend om zeggenschap voor en binding van een burgerberaad te verankeren, variërend van een adviserend orgaan tot wettelijke verankering als een openbaar lichaam met verordenende bevoegdheden, en wordt een concreet voorstel gedaan.
Een fiscale status aparte
In zijn Opinie (in NJB afl. 24) pleit Philippe Albert voor een status aparte voor het belastingrecht binnen het bestuursrecht. Tja, Prediker (1:9) schreef al: ‘Hetgeen er geweest is, hetzelve zal er zijn, en hetgeen er gedaan is, hetzelve zal er gedaan worden; zodat er niets nieuws is onder de zon.’
Jan Ilsink heeft de essentie van
mijn opinie gemist. Die essentie
is een pleidooi voor een (hernieuwde?)
afweging van de kosten en
baten van bestuursrechtelijke rechtseenheid.
[verder lezen in NAVIGATOR]