Artikelen van Cedric Ryngaert
Tijdschrift
NJB 24 (2021)
De impact van Amerikaanse extraterritoriale regelgeving op Nederlandse belangen
De Verenigde Staten gebruiken extraterritoriale economische regelgeving om hun nationale belangen veilig te stellen. Zij is die regelgeving de laatste jaren steeds meer gaan gebruiken als geopolitiek wapen. Daarnaast is de VS recent begonnen haar belastingwetgeving extraterritoriaal toe te passen door belastingaangifte verplicht te stellen voor in het buitenland wonende Amerikaanse staatsburgers. De Amerikaanse extra territoriale regelgeving heeft een aanzienlijke impact op de belangen van Nederlandse individuen, Nederlandse ondernemingen en de Nederlandse Staat zelf. Nederlandse (rechts)personen worden geconfronteerd met handelsbeperkingen en aangifteverplichtingen, terwijl de politieke ruimte om een zelfstandig Nederlands (en Europees) buitenlands beleid vorm te geven verkleint als gevolg van extraterritoriale sanctiedreiging.
Een stille revolutie
Een wetsvoorstel dat regelt dat kinderen de geslachtsnamen van beide ouders kunnen krijgen is eerder dit jaar in consultatie geweest. Een kind zou voortaan de geslachtsnaam van beide ouders kunnen krijgen waardoor er een nieuwe dubbele geslachtsnaam ontstaat. De aldus ontstane geslachtsnaam kan voorts weer geheel of gedeeltelijk worden doorgegeven aan de volgende generatie(s). Het zou inderdaad goed zijn als ouders meer vrijheid krijgen in de geslachtsnaamkeuze van hun kinderen en hierbij de gelijkheid en verbondenheid tussen man en vrouw kunnen laten doorwerken. Met een betere onderbouwing en een passender aansluiting op de bestaande wetgeving kan het wetsvoorstel een goede eerste stap in de hoognodige vernieuwing van het Nederlands naamrechtstelsel zijn.
Status aparte voor het belastingrecht
Een regelmatig gehoorde wens is dat de Hoge Raad meer tijd moet (kunnen) besteden aan zaken die ertoe doen. Wat er niet toe doet, althans niet voor de belastingkamer van de Hoge Raad, is hoe de andere hoogste bestuursrechters de Awb uitleggen. Afgezien van het feit dat de interpretatieverschillen gering zullen zijn, zullen die kleine verschillen eerder wenselijk dan onwenselijk zijn. De (belastingkamer van de) Hoge Raad zou zich dus terug moeten trekken uit de Commissie rechtseenheid bestuursrecht en bestuursrechters van de ABRvS, CBb en CRvB zouden niet meer als raadsheer in bijzondere dienst in de belastingkamer van de Hoge Raad moeten plaatsnemen.
Kritisch zelfonderzoek naar de bestuursrechtspraak inzake de Verklaring Omtrent het Gedrag
Een VOG-aanvrager wiens aanvraag is afgewezen, zal alles uit de kast moeten trekken om de hoogste rechter ervan te overtuigen de door het bestuursorgaan genomen beslissing te vernietigen. De menselijke maat komt ook door incidenten en een sterke oriëntering op risicovermijding in de verdrukking, hetgeen des te meer kan wringen nu de hoogste bestuursrechters slechts over het absolute ‘topje van de ijsberg’ rechtspreken.
De ondertoezichtstelling van een nog niet-levensvatbare foetus
Gezien de groeiende medische kennis en technologische mogelijkheden zal de beschermwaardigheid van het ongeboren kind een belangrijk onderwerp blijven op de juridische agenda en is het van belang dat er meer helderheid komt omtrent de juridische status van deze entiteit. Een recente uitspraak over een voorlopige ondertoezichtstelling van een ongeboren en nog niet levensvatbare vrucht lijkt revolutionair maar roept vooralsnog meer vragen op dan dat deze beantwoordt.
Tijdschrift
NJB 23 (2020)
25 kapiteins, 1 vloot
Na de uitbraak van het coronavirus moest er overal ter wereld razendsnel gehandeld worden. In Nederland gebeurde dat via de veiligheidsregio, die opeens voor een enorme opgave kwam te staan. De veiligheidsregio moest enerzijds het landelijke beleid simpelweg ‘uitvoeren’, maar moest anderzijds ook allerlei vragen zelf beantwoorden. Daarbij moesten de veiligheidsregio’s roeien met de riemen die ze hadden. Dat leidde op een aantal punten tot grote differentiatie tussen verschillende veiligheidsregio’s. Die verschillen werden op sterk uiteenlopende gronden gemotiveerd, waarbij zowel de effectieve aanpak van het virus als een bredere afweging van de volksgezondheid tegen andere belangen een rol speelden. De motiveringen legden daarmee bloot dat het optreden van de veiligheidsregio bestond uit een combinatie van verlengd lokaal bestuur en een gedeconcentreerde bevelsstructuur.
Functionele immuniteit van vreemde gezagsdragers in de context van internationale misdrijven
De staatspraktijk inzake de niet-toepasselijkheid van functionele immuniteit in de context van internationale misdrijven is relatief beperkt. Dit heeft de Rechtbank Den Haag ertoe doen besluiten dat er geen gewoonterechtelijke regel inzake niet-toepasselijkheid bestaat. Toch valt er veel te zeggen voor een dergelijke regel, met name in het licht van de ambitie van de internationale gemeenschap om straffeloosheid voor de meest ernstige misdrijven een halt toe te roepen. Daarom zijn zowel de VN-Commissie voor Internationaal Recht als de Nederlandse regering wel voorstander van deze regel.
Dangerous minds
Wat als een afgestrafte terrorist nog steeds gevaarlijk blijkt te zijn? Moeten we denken in de richting van een speciale tbs voor terroristen? Dat lijkt geen oplossing voor het onderliggende probleem. Beschreven wordt hoe de strafdoelen speciale preventie en resocialisatie riskeren onderbelicht te blijven op het moment dat zulk veiligheidsdenken de overhand neemt, met als risico dat na bestraffing het probleem blijft bestaan. Er moet veel meer ingezet worden op de tijd dat een gedetineerde binnen zit, want daar valt de winst te halen.
Ingezetenen eerst!
Onlangs is een wetsvoorstel ingediend dat beoogt in het buitenland wonende Nederlanders middels stemrecht invloed te geven op de samenstelling van de Eerste Kamer. De regering acht de huidige situatie ‘onevenwichtig’, nu niet-ingezetenen wel kunnen stemmen voor de Tweede Kamer en het Europees Parlement maar niet voor de Eerste Kamer. In dit artikel wordt betoogd dat het afnemen van het kiesrecht voor de Tweede Kamer van niet-ingezeten Nederlanders, het meeste in overeenstemming is met de grondslagen van het kiesrecht. Daarbij kan een overgangstermijn van vier jaar worden gehanteerd, waarbinnen geëmigreerde Nederlanders hun stemrecht niet verliezen.
Reacties en naschrift aangaande 'De (on)ethische advocaat'
Reacties op ‘De (on)ethische advocaat – over de balans tussen cliënt en maatschappij’ van Bas van Zelst (NJB 2020/964, afl. 16, p. 1145-1150) en een naschrift van de auteur.
Tijdschrift
NJB 18 (2015)
Fundamentele arbeidsrechten en immuniteit
Het Gerechtshof Den Haag heeft in de zaak tegen EOO een internationaal precedent geschapen door de immuniteit van een internationale organisatie in een collectief-arbeidsrechtelijke zaak af te wijzen, en de vorderingen ten gronde ook toe te wijzen, op grond van het feit dat de betrokken organisatie fundamentele arbeidsrechten met voeten trad. Deze beslissing is belangrijk omdat zij de accountability van internationale organisaties verder institutionaliseert. Helaas liet Nederland zich ook op zijn smalst zien: de minister zegde de gerechtsdeurwaarder aan het vonnis niet uit te voeren omdat de organisatie volkenrechtelijke immuniteit van executie zou genieten. Deze aanzegging holt niet alleen de grondwettelijk bepaalde scheiding der machten uit, maar wordt ook niet verplicht door het volkenrecht: immuniteit van executie kan, net als immuniteit van rechtsmacht, slechts worden toegekend wanneer de organisatie fundamentele rechten afdoende beschermt.
Het afluisteren van advocaten door de AIVD
De AIVD heeft gesprekken tussen derden en advocaten afgeluisterd en uitgewerkt, ook wanneer deze evident niet relevant waren voor enig onderzoek van de AIVD. Dit werd onlangs bekend, nadat advocatenkantoor Prakken d’Oliveira een klacht had ingediend bij de Minister van BZK. Dit roept niet alleen de vraag op of de AIVD voldoende rekening houdt met het verschoningsrecht van advocaten, maar ook welke waarborgen noodzakelijk zijn voor een betere bescherming tegen schending van het verschoningsrecht door de AIVD. In deze bijdrage worden deze vragen en het bijbehorende juridisch kader verkend, en worden enkele minimumwaarborgen opgeworpen die noodzakelijk zijn ter bescherming van de communicatie van verschoningsgerechtigden.
Meer dan de wettelijke rente, maar hoeveel meer?
Bij de rechtbanken in Nederland worden jaarlijks vele duizenden zaken aangebracht waarbij een consument de gedaagde partij is en deze verstek laat gaan. Het Europees consumentenrecht moet dan ambtshalve worden toegepast. Maar hoeveel rente mag er in dat geval in rekening worden gebracht?