Artikelen van Boudewijn de Bruin
Tijdschrift
NJB 9 (2024)
Less is more?
De afgelopen jaren rezen meerdere rechtmatigheidsvragen over het optreden van de NCTV, in het bijzonder over internetmonitoring. Voor bepaalde activiteiten bleek een wettelijke basis te ontbreken. De regering heeft de ‘gaten’ in de rechtsgrondslagen willen dichten met wetgeving. De nu aan genomen NCTV-wet biedt grond slagen voor het verwerven, het verwerken en het verspreiden van persoonsgegevens. Deze bijdrage richt zich op de gekozen juridische verankering van zogeheten ‘trend- en fenomeenanalyses’ en de staatsrechtelijke positionering van de NCTV. De bespreking daarvan mondt uit in een betoog voor het onderbrengen van de NCTV, de AIVD en de MIVD in één overkoepelend wettelijk kader met een sluitend toezichtstelsel.
Kennis en ervaring met het recht maakt burger realistischer
Kennis van het recht is van groot belang voor burgers. Het is belangrijk dat zij weten waar zij terecht kunnen als zij een juridisch probleem hebben dat zij niet zelf kunnen oplossen. Het helpt als zij weten wat zij wel of juist niet kunnen verwachten van het rechtssysteem. Wat weet de gemiddelde burger eigenlijk over het recht en de werking daarvan? En welke factoren hebben hier invloed op? Dat wordt in dit artikel onderzocht. Om kennisvergaring over het rechtssysteem beter mogelijk te maken, dient het rechtssysteem zich in ieder geval open en responsief op te stellen naar de ‘gewone’ burger, ook als die niet hoogopgeleid is.
Getuigenbescherming
Er is een dringende behoefte bij het OM aan een wettelijke regeling die duidelijk maakt welke afspraken in het kader van getuigenbescherming kunnen worden gemaakt. Een wettelijk vastgelegde arbitragemogelijkheid zou daar onderdeel van uit moeten maken. Toetsing van getuigenbeschermingsovereenkomsten door de rechtercommissaris draagt echter niet bij aan een verbetering van het stelsel getuigenbescherming, integendeel.
In Memoriam - Dries van Agt, Willibrord Davids, Willem van Schendel
Mr A.A.M. van Agt was jurist. Natuurlijk was hij tussen 1977 en 1982 ook minister-president van Nederland en daarvoor Minister van Justitie. Maar hij was geen politicus pur sang en bleef tot op het laatst met oud-collega’s van de Nijmeegse rechtenfaculteit contact houden. Onder zijn speelse schwung en ontregelende humor school een scherp denkend jurist die probeerde zijn inzichten te laten doorwerken in zijn politieke handelen.
Uit de Rechtbank Assen kwam hij in 1986 naar de Hoge Raad, waar hij in 1998 vicepresident werd en in 2004 president. Begonnen als kandidaat-notaris, een poosje werkzaam op Curaçao, tussen 1975 en 1980 verbonden aan de vakgroep notarieel recht van de Rijksuniversiteit Groningen en sindsdien tot aan zijn pensionering in 2008 lid van de rechterlijke macht. Willibrord Davids verenigde niet alleen zijn kennis en ervaring in de wetenschap, het notariaat en de rechterlijke macht, maar ook in het civiele recht en het strafrecht.
Zijn verschijning was flamboyant. Afgekleed naar de laatste Italiaanse mode, doorgaans met pochet en hoed. Het was een feest om door hem aangesproken te worden. Hij deed velen dat plezier. Het verhaal gaat dat hij zelfs toeristen die zaten uit te rusten voor zijn huis in Amsterdam met belangstellende vragen bestookte terwijl hij ze koffie met een koekje aanbood. Met koekjes deed hij dagelijks ook zijn ronde in de Hoge Raad. ‘Management by cookie’ – om van iedereen ongeacht rang of stand te horen hoe het ging, een ideetje te opperen, te vertellen over de laatste opera die hij had gezien. Nieuwsgierig en gulzig naar mensen en voor velen een steun en toeverlaat. Zo was de geliefde vicepresident in de Hoge Raad der Nederlanden, Willem van Schendel.