Artikelen van Alex Brenninkmeijer
Tijdschrift
NJB 42 (2021)
Wilders II: Het onverdraagzaamheidscriterium toegepast door de Hoge Raad
Met het Wilders II-arrest heeft de Hoge Raad een verdere invulling gegeven aan het in het Felter-arrest geïntroduceerde onverdraagzaamheidscriterium. Helder is nu dat dit criterium geactiveerd wordt wanneer er sprake is van beledigende uitlatingen specifiek gericht tegen een minderheidsgroep. Dergelijke uitlatingen, in de specifieke wijze waarop deze gedaan werden in Wilders II, dienen binnen het toetsingskader van artikel 137c (en d) Sr als ‘onnodig grievend’ te worden beoordeeld. Een politicus verliest daarmee de bescherming die de disculperende context van het maatschappelijke debat hem of haar normaal gesproken kan bieden. In diezelfde beweging heeft de Hoge Raad de artikelen 137c en 137d Sr nu nog duidelijker in de sfeer van de weerbare democratie getrokken, dat wil zeggen: als bepalingen (mede) ter verdediging van de democratische rechtsstaat.
Beschadigd vertrouwen herstellen
Hoe kan de overheid zich in situaties van gefaciliteerde schade het beste opstellen? Op basis van een breed literatuuronderzoek over het bevorderen van vertrouwen in de overheid alsmede over de behoeften van gedupeerden tijdens een proces van schadeafhandeling, is de auteur in haar proefschrift gekomen tot een theoretisch kader van vertrouwenwekkend schadebeleid. In dit artikel staat zij stil bij de daaruit als relevant naar voren gekomen principes en beleidsinstrumenten aan de hand van voorbeelden uit het onderzoek. De doelstelling is om lezers, met name juristen en beleidsmakers die betrokken zijn bij het opstellen en uitvoeren van schadevergoedingen en schaderegelingen van overheidswege in brede zin, kennis te laten nemen van dit kader, dat beoogd is als handvat voor de praktijk.
Waarborgen voor een veilig werk- en leerklimaat voor toekomstige artsen
Werken en leren kan alleen in een veilige omgeving en dat geldt in het bijzonder voor artsen in opleiding omdat zij niet alleen vakbekwaam moeten worden, maar verantwoorde zorg moeten leveren aan patiënten gedurende hun opleiding. Daarom vraagt de effectiviteit van het juridische kader in de vorm van toezicht en tuchtrechtelijke/civielrechtelijke en eventueel strafrechtelijke aansprakelijkheid bijzondere aandacht. Bij het werk- en leerklimaat voor de meer dan 10.000 (basis)artsen die als arts-assistent een vervolgopleiding volgen tot o.a. huisarts, bedrijfsarts of medisch specialist, spelen drie verhoudingen een belangrijke rol: de relatie met het ziekenhuis als opleidingsinstituut, de relatie met de specialisten die de opleiding verzorgen en de relatie met patiënten. De discussie over een veilig werkklimaat vertoont deels overeenkomsten met die over de positie van promovendi aan universiteiten, maar de risico’s bij de opleiding van arts-assistent zijn groter. Gemiddeld zijn arts-assistenten rond de 30 jaar, ruim 67% is vrouw. De context voor de specialisatieopleiding wordt voor een belangrijk deel – generaliseren is moeilijk – bepaald door masculiene waarden, zoals ‘hard werken, niet klagen, proactief leren, en vlot je eigen verantwoordelijkheid leren nemen’. Je kwetsbaar opstellen, of het werk- en/of leerklimaat aan de orde stellen zijn ‘not done’. De omstandigheden die een veilig werk- en leerklimaat bedreigen voor artsen in opleiding zijn overwegend net zo slecht als vijftien jaar geleden. Ondertussen wordt het toezicht op afstand geplaatst. Uiteindelijk schieten de juridische waarborgen structureel te kort, met als gevolg risico’s op een onveilig werkklimaat voor jonge artsen, maar ook onnodige risico’s voor de patiënt.
Blog
Een dialoog met de Raad van State na de toeslagenaffaire
Net als bij een visitatie of peerreview kan zelf veel voorwerk gedaan worden, maar uiteindelijk moet de kritische blik van buiten komen.
Tijdschrift
NJB 8 (2021)
De gezonde voedselomgeving
Overgewicht en obesitas vormen een groeiend probleem voor de volksgezondheid. Met name in de grote steden stijgt het percentage van mensen met overgewicht. Uit onderzoek blijkt dat de inrichting van de leefomgeving hier een belangrijke oorzaak van is, waar in grote mate ongezond voedsel beschikbaar is. Op basis van internationale en nationale doelen zetten gemeenten zich actief in om overgewicht terug te dringen. Het juridisch instrumentarium van gemeenten lijkt echter tekort te schieten, voornamelijk wat betreft het reguleren van de (on)gezonde voedselomgeving. Deze bijdrage onderzoekt de juridische knelpunten omtrent gemeentelijke regulering van de voedselomgeving en doet aanbevelingen om gemeenten meer juridische handvatten te geven.
Coronamaatregelen en godsdienstige bijeenkomsten?
In Nederland gold gedurende de coronacrisis voor gebedshuizen slechts kortstondig een limiet van (eerst honderd en later) dertig bezoekers en per 1 december 2020 zijn religieuze bijeenkomsten bij formele wet vrijgesteld van de maximering van de bezoekersaantallen. De ‘ongelijke behandeling’ van religieuze en seculiere activiteiten leidt bij sommigen in de maatschappij tot verontwaardiging. De vraag dringt zich op wat het huidige beleid inzake religieuze bijeenkomsten rechtvaardigt. Welke redenen zijn er om in deze coronacrisis zoveel belang te hechten aan religie? Deze vraag staat in dit artikel centraal.
Een dialoog met de Raad van State na de toeslagenaffaire
Na het rapport Ongekend onrecht ontwikkelt zich in de kolommen van het NJB een discussie over de rol van de Raad van State als rechter, die de Raad over zichzelf heeft afgeroepen. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van Raad van State wil in de spiegel kijken, de Raad van State wil een dialoog over zijn functioneren; de Raad van State wil terugkoppeling, wil ook een respectvolle dialoog tussen de staatsmachten. Ondertussen heeft de Tweede Kamer moties aangenomen om te garanderen dat de bestuursrechter altijd aan het evenredigheidsbeginsel kan toetsen en stuurt ze aan op een oordeel van de Venetië-Commissie van de Raad van Europa. De vraag is, waarover moet die dialoog gaan?
Kinderopvangtoeslag, de theorie en de werkelijkheid
Een illustratie van de harde werkelijkheid maakt, naast theoretische beschouwingen naar aanleiding van de toeslagenaffaire over wat des wetgevers is, wat de rechter vermag en waar de wetgever iets zou moeten doen, de ellende van de onderdaan praktisch inzichtelijk.
Is de rechtsstaat wel zo’n kostbaar goed?
Dit is een fout stukje voor puur juridisch-inhoudelijk gemotiveerde juristen, ik waarschuw u maar vast. Na het verschijnen van het rapport Ongekend onrecht van de parlementaire ondervragingscommissie zou het moeten gaan over recht en rechtsstaat. Maar hier gaat het over economie en geld.
Blog
‘De grondbeginselen van de rechtsstaat zijn geschonden’ als ‘verschrikkelijk ongeluk’
Over de noodzaak van behoorlijk bestuur.
Tijdschrift
NJB 1 (2021)
‘De grondbeginselen van de rechtsstaat zijn geschonden’ als ‘verschrikkelijk ongeluk’
Het rapport Ongekend onrecht van de parlementaire ondervraging naar de uitvoering van de Kinderopvangtoeslagen laat zien dat de werking van de democratische rechtsstaat is aangetast, omdat wetgever, bestuur en rechter te dicht op elkaar zitten. De respectering van grondrechten en de behoorlijke behandeling van burgers is niet gegarandeerd, omdat er te weinig tegenkrachten zijn in ons constitutionele systeem. Ook de bestuursrechtwetenschap heeft het overigens af laten weten. Welke adviezen voor de kabinetsformateur volgen uit Ongekend onrecht?
Of hier.
Verharding van de jeugdcriminaliteit
Alom klinken zorgen over de ‘verjonging en verharding’ van de jeugdcriminaliteit. Toch blijft vaak onduidelijk waar het dan precies over gaat. Zonder dat voor iedereen duidelijk is waar we het over hebben, hangen echter zowel de gedachtewisseling als praktijkinitiatieven in de lucht en is een goed onderbouwde aanpak - laat staan onderzoek naar een effectieve aanpak ervan - onmogelijk. Deze notitie beoogt aan de hand van een quick scan tot zo’n noodzakelijke afbakening te komen.
Kabinet bedreigt verschoningsrecht in belastingzaken
De ‘aanpassing’ die het kabinet voorstelt met het conceptwetsvoorstel tot ‘aanpassing en verduidelijking’ van het wettelijke verschoningsrecht van advocaten en notarissen jegens de Belastingdienst is niet nodig, omdat het probleem dat het kabinet ermee zegt te willen oplossen niet bestaat. De reikwijdte van het verschoningsrecht is duidelijk, inmiddels ook voor het Global Forum van de OESO, die daar eerder nog vragen over had. Een ‘verduidelijking’ is daarom ook niet nodig. Door het conceptwetsvoorstel en de toelichting erbij ontstaat juist onduidelijkheid over de reikwijdte van het verschoningsrecht. Als gevolg daarvan ontstaat ook onduidelijkheid over de meldingsplicht op grond van de WIB. Het voorstel moet daarom niet worden ingediend.
Ondermijning en het strafrecht
In 2019 diende de regering het wetsvoorstel Versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit in. Dit wetsvoorstel bespreekt vijf verschillende vormen van ondermijning die beter moeten kunnen worden aangepakt. Het uiteindelijke doel van het wetsvoorstel is om een effectievere strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit te creëren. De voorgestelde wijzigingen hebben met elkaar gemeen dat zij op het eerste gezicht goed klinken. Een strafverhoging op bedreiging, het gemakkelijker kunnen veroordelen van precursortransport en ‘inklimmers’/’uithalers’ op (lucht)havens, het verhalen van overheidskosten op de veroordeelde en het ‘najagen’ van niet-geïnde boetes – voorstellen die zo op het eerste oog op bijval kunnen rekenen. Leg je de voorstellen echter naast de kritiek die het wetsvoorstel beoogt te adresseren, dan schieten de voorstellen opvallend vaak te kort – of zelfs naast. Waarmee de indruk ontstaat dat dit wetsvoorstel meer voorziet in politieke zoethoudertjes dan dat het daadwerkelijke oplossingen en investeringen biedt.
De begrenzing van grondrechten in coronatijd
Voor inperking van grondrechten moet in het voorliggende geval een noodzaak bestaan, terwijl met de minst verstrekkende ingreep moet worden volstaan. Algemene, categorale verbodsbepalingen kunnen in die context dan ook niet door de beugel.
Tijdschrift
NJB 33 (2019)
De Januskop van de rechtmatigheid van het bestuur
De rechtmatigheid van het bestuur vormt een van de belangrijkste doelstellingen van de rechtsstaat. Maar hoe is die rechtmatigheid in de uitvoeringspraktijk gewaarborgd? De bestuursrechter doet bindende uitspraken in de voorgelegde individuele geschillen en vormt zo gezaghebbende jurisprudentie. Bestuursorganen streven de rechtmatigheid van hun uitvoering na en via accountantscontroles en rekenkameronderzoek worden uitspraken gedaan over de mate van rechtmatigheid van die uitvoering. Oordelen van accountants en rekenkamers over rechtmatigheid hebben in de praktijk vaak verstrekkende gevolgen, terwijl er veelal geen rechterlijk oordeel aan te pas komt. Waarborgen beide sporen van rechtmatigheidscontrole het rechtsbeschermingsmodel via de rechter en het controlemodel via de accountant voldoende de rechtsstatelijkheid, zonder een onevenredige druk te leggen op de uitvoeringspraktijk? Met de analyse van de Januskop van de rechtmatigheid verkennen wij dit tot nu toe onontgonnen terrein.
Lees het hele artikel in Navigator.
Forum arresti en de immuniteit van eigendommen van een buitenlandse centrale bank
Verschijnen of niet verschijnen, dat lijkt de vraag in sommige immuniteitszaken na het arrest van de Hoge Raad van 17 mei 2019 inzake Central Bank of Iraq/Siemens AG. Indachtig de ambtshalve verplichtingen van de Nederlandse rechter tot de vaststelling van zijn rechtsmacht, kan verstek laten gaan mogelijk gunstiger uitpakken voor de volkenrechtelijke immuniteit dan het op een partijdebat te laten aankomen. Ook rijst naar aanleiding van het arrest de vraag hoe competentie-scheppend conservatoir beslag (forum arresti) in Nederland zich verhoudt tot de immuniteit van beslag en executie van de eigendommen van buitenlandse centrale banken naar internationaal recht, temeer als dat beslag is gelegd ten laste van het tegoed dat centrale banken onderling bij elkaar aanhouden. De positie van DNB in het buitenland is in dat verband niet zonder betekenis
Lees het hele artikel in Navigator.
De bevrijding en het recht (1944-1946)
De herdenking van de 75ste verjaardag van de bevrijding van Nederland is op 31 augustus 2019 begonnen in Terneuzen. Met de bevrijding breekt een van de interessantste perioden uit de recente Nederlandse geschiedenis aan. De bevrijding had grote gevolgen voor het recht en de rechtsbeoefening. In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de gelding van de door de bezetter ingevoerde wetgeving, de Nederlandse bijdrage aan het Neurenberg-Tribunaal, het rechtsherstel, de bijzondere rechtspleging, de zuivering van de overheidsorganen en de herstart van het juridische leven.
Lees het hele artikel in Navigator.
Reactie op ‘Liever advocaten’ van Caroline Forder
Juli jl. verscheen in dit blad een artikel van de hand van Caroline Forder met de sprekende titel Liever advocaten. Ik heb dit artikel met interesse gelezen en ben verheugd met de wetenschappelijke aandacht voor complexe scheidingen. Forder geeft een mooie beschrijving van het beleid van de afgelopen jaren en van de inhoud van de Agenda voor actie van februari 2018.
Lees het hele artikel in Navigator.
Naschrift
De gedeelde doelstelling die André Rouvoet op het einde van zijn reactie noemt en zijn uitgesproken wens om de zoektocht naar oplossingen gezamenlijk te ondernemen, kan ik hartstochtelijk beamen. Zijn betrokkenheid bij de urgente maatschappelijke kwestie van conflictscheidingen is enorm en zijn inzet voor kinderen die bij uitblijven van een oplossing vanuit de maatschappij ernstig en levenslang beschadigd zullen worden indrukwekkend. Daarom voel ik mij vereerd dat hij op mijn bijdrage reageert.
Lees het hele artikel in Navigator.
Tijdschrift
NJB 4 (2019)
Plan Dekker: een nieuwe leemte in de rechtshulp
Naar aanleiding van de discussie over een plan van minister Dekker om drastisch te snoeien in het recht op rechtshulp, waarschuwen de auteurs van dit artikel voor een nieuwe leemte in de rechtsbijstandsvoorziening voor on- en minvermogenden die zal gaan lijken op de leemte die aanleiding gaf tot de rechtshulpbeweging in zeventiger jaren van de vorige eeuw.
Lees het hele artikel in Navigator.
Herziening gesubsidieerde rechtsbijstand, ADR en rechtsstatelijkheid
De beleidsbrief van minister Dekker heeft de vraag naar de rechtsstatelijke waarborgen die de diverse vormen en aanbieders van ADR bieden nog relevanter gemaakt dan deze al was. In dit artikel wordt niet geconcludeerd dat er al grote misstanden plaatsvinden. Ook wordt niet gepleit voor een intensieve overheidsbemoeienis met de zich in de komende jaren verder ontwikkelende markt voor geschiloplossing. Wel wordt verwacht dat er een duidelijke visie wordt ontwikkeld over de rol die de overheid zou moeten hebben en dat de overheid de vinger aan de pols houdt. In deze bijdrage geven de auteurs een aanzet voor deze visie en doen een oproep tot discussie.
Lees het hele artikel in Navigator.
Het wetsvoorstel Franchise
Op 12 december 2018 is een nieuw wetsvoorstel Franchise ter consultatie voorgelegd. In Boek 7 BW wordt een nieuwe titel over de franchiseovereenkomst geïntroduceerd. Wat opvalt is dat de gehele nieuwe titel van dwingend recht is. In het commerciële contractenrecht is dat ongebruikelijk. Wellicht is dit nodig om de problemen op te lossen. Maar is er wel een deugdelijke probleemanalyse? Mogelijk is de nuance die het onderscheid tussen regelend en dwingend (en semi-dwingend) recht biedt te snel terzijde geschoven. Zal dit wetsvoorstel de onrust in de franchisesector wel kunnen wegnemen?
Lees het hele artikel in Navigator.
VN: ‘Recht op abortus’
Het Mensenrechtencomité van de VN vindt dat lidstaten niet zelf hun abortuswetgeving mogen bepalen en zet de deur verder open naar een recht op abortus. Dat blijkt uit de General Comment die het comité op 30 oktober 2018 aannam. Hiermee adviseert het HRC de VN-lidstaten over de interpretatie van artikel 6 (het recht op leven) van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR). Volgens het HRC behoort tot het recht op leven ook de toegang tot abortus. En daarmee bepleit het VN-orgaan indirect een recht op abortus.
Lees het hele artikel in Navigator.
Tijdschrift
NJB 27 (2015)
De onttrekkende advocaat
Het staat een advocaat behoudens uitzonderingsgevallen vrij om zich te onttrekken aan een procedure. De onttrekking kent een proces-, civiel- en tuchtrechtelijke dimensie. In het licht van deze dimensies worden in dit artikel richtlijnen geschetst voor de advocaat die zich op zorgvuldige wijze wil onttrekken. Hierbij wordt gezien de grote procedurele consequenties van de onttrekking een ruime informatieplicht van de advocaat jegens de (ex-)cliënt bepleit.
Zes suggesties voor Verbetering van de Toegang tot Recht
In dit advies schetsen wij op persoonlijke titel enkele mogelijkheden om de toegang tot recht te verbeteren. Het gaat ons uitdrukkelijk om meer dan toegang tot het recht of toegang tot de rechter. Het gaat om rechtvaardige oplossingen van problemen tussen mensen, in het bijzonder voor diegenen die het minst conflictvaardig zijn. Het gaat ook om een goede ordening voor menselijke en zakelijke relaties, een ordening die conflicten waar mogelijk voorkomt. Het gaat ons dus uitdrukkelijk om de maatschappelijke effecten van de rechtspleging.
Kwaliteit als permanente discussie
Op vrijdag 12 juni 2015 vond in Zwolle de jaarvergadering van de Nederlandse Juristen-Vereniging plaats. Terwijl de temperaturen buiten opliepen tot dertig graden, bespraken de leden van de NJV in het koele IJsseldeltacentrum drie lijvige preadviezen over de kwaliteit(sbeoordeling) van rechtspraak, wetgeving en rechtswetenschap. In de wandelgangen klonk veel lof voor het brede en actuele thema, dat voor iedere jurist relevant is. Wie vreesde voor oeverloze discussies over de vraag wat kwaliteit precies inhoudt, werd al snel gerustgesteld: in hoog tempo werd gediscussieerd over verantwoordelijkheden en concrete verbetermogelijkheden. Een impressie van de jaarvergadering.
‘Omdat in deze zaak, naar mijn overtuiging, nog géén recht is gedaan’
Jaarrede van de voorzitter van de Nederlandse Juristen-Vereniging uitgesproken tijdens de Jaarvergadering van de Vereniging op 12 juni 2015 te Zwolle. Onderwerp van de rede is de bijdrage van de cassatieadvocatuur aan de rechtsvorming door de Hoge Raad, in het bijzonder na de inwerkingtreding van de Wet Versterking Cassatierechtspraak.
Notulen van de algemene vergadering van de Nederlandse Juristen-Vereniging
De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de NJV, de heer prof. mr. J.B.M. Vranken.
Tijdschrift
NJB 16 (2015)
Stresstest rechtsstaat Nederland
In hoeverre voldoet de Nederlandse rechtsorde aan de vereisten van de rechtsstaat? Om een helder beeld te krijgen van de relevante kwesties voor de uitvoering van een stresstest rechtsstaat wordt de rechtsstaat als systeem benaderd. Langs de lijnen van de trias politica wordt verkend welke rechtsstatelijke gebreken in Nederland onderkend kunnen worden in wetgeving, bestuur en rechtspraak, die niet binnen de normale waarborgen van onze rechtsorde gecorrigeerd worden. Doel is om een overzichtsbeeld te schetsen van de staat van onze rechtsstaat en daarmee de vraag te beantwoorden of ons rechtsstatelijke systeem in een situatie van stress het af kan laten weten. De conclusie blijkt gerechtvaardigd dat op al deze drie domeinen, maar in het bijzonder bij de wetgeving, de systeemwaarborgen in de Nederlandse democratische rechtsstaat tekort schieten. Bij het functioneren van onze rechtsstaat is sprake van een systeemfalen.
De staat van veiligheid en rechtvaardigheid
In dit artikel wordt een verzameling van zestien meetbare indicatoren gepresenteerd die naar de mening van de auteurs gezamenlijk zichtbaar maken hoe de rechtsstaat er voor staat. Zij kiezen hierbij voor een manier van kijken naar de rechtsstaat waarin de maatschappelijke opbrengst centraal staat. Dit is in de Nederlandse (rechts)wetenschap niet gebruikelijk, maar in de internationale literatuur wel. Geïnspireerd door de missie van het Ministerie van Veiligheid en Justitie wordt de vraag gesteld: ‘Hoe veilig en rechtvaardig is Nederland eigenlijk en hoe ontwikkelt zich dat?’. De auteurs pretenderen overigens niet met deze zestien indicatoren het definitieve antwoord te geven, maar denken wel de basis te leggen voor een discours over de rechtsstaat dat in Nederland te weinig gevoerd wordt. Op de lezers wordt een beroep gedaan om vanuit hun deskundigheid deze aanzet verder te helpen ontwikkelen en te gaan gebruiken.
Zorgplichten tegen cybercrime
Op 16 en 17 april 2015 vond de Global Conference on Cyber Space 2015 in Den Haag plaats. De bestrijding van cybercrime stond daarbij hoog op de agenda. Cybercrime is wereldwijd een van de grote uitdagingen van het internet, en een terrein waarop Nederland vaak een voortrekkersrol speelt. Meestal richt de aandacht zich op daders en slachtoffers, maar bij een integrale aanpak van cybercrime moeten ook derde partijen worden betrokken, zoals internetaanbieders en softwareontwikkelaars. Kunnen deze derden ook juridisch worden aangesproken als zij hun rol bij de bestrijding van cybercrime verwaarlozen?
Tijdschrift
NJB 41 (2014)
Europees klimaatrecht en nationale beleidsruimte
De Europese Unie heeft een pakket klimaatregelgeving aangenomen met relatief vergaande doelen voor het jaar 2020, waarmee internationaal de toon wordt gezet. De Europese klimaatwetgeving geeft aan lidstaten ruimte voor ambitieuzere actie waarbij een extra nalevingsresultaat mag worden overgedragen aan een andere lidstaat met een nalevingstekort. De inhoud van dit pakket is via een politiek proces tot stand gekomen, en ook in de toekomst zal sprake blijven van ingewikkelde onderhandelingen tussen Europese lidstaten en tussen partijen bij het Klimaatverdrag. Unilaterale scherpere emissiereducties door lidstaten - zoals voor Nederland geëist door Urgenda - betekenen per saldo alleen een daadwerkelijke emissiereductie als nalevingsresultaten niet meer mogen worden overgedragen aan lidstaten met een nalevingstekort.
Het fundamentele recht van vrouwen op respect voor hun autonomie over lichaam en geest
Terwijl de blik van de wereld gericht is op het escalerende geweld tegen vrouwen in het Midden-Oosten, waar de terreurorganisatie IS de klassieke oudheid heeft doen herleven door vrouwen niet als autonome individuen te behandelen, maar als oorlogsbuit die kan worden verhandeld op een slavenmarkt, lijkt ook aan het Westerse front op een meer beschaafde wijze een ontwikkeling gaande die het fundamentele recht van vrouwen op autonomie over hun lichaam en geest ondermijnt.
Het recht om te escaleren
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft uitspraak gedaan in de procedure tegen de evenementenvergunning voor de intocht van Sinterklaas in 2013 in Amsterdam. Het College voor de Rechten van de Mens heeft de week daarvoor een oordeel gegeven over de klacht van een moeder over de onwil van een school om ‘Zwarte Piet’ aan te passen en te ontdoen van racistische kenmerken. Deze juridische procedures vormen onderdeel van een escalatieproces in Nederland dat zelfs de voorpagina van kwaliteitskrant Le Monde haalde. Hoe aan te kijken tegen de gevoerde procedures vanuit het oogpunt van conflictescalatie en conflictoplossing?
Reactie op Eén getuige is toch wel een getuige
Het gaat te ver om op grond van deze zaak te concluderen dat het unus testis-beginsel verworden is tot een dode letter.
Naschrift
Hoe het ook wordt gewend of gekeerd, de verklaring van de buurman blijft afkomstig uit een en dezelfde bron, namelijk aangeefster.