Tijdens een opsporingsonderzoek heeft de politie informatie verkregen die afkomstig was van de smartphone van verdachte. Omdat hij niet bereid was vrijwillig zijn telefoon te ontgrendelen, heeft de politie hem geboeid en vervolgens zijn duim tegen de sensor van het toestel gehouden. Daarna kon de daarin opgeslagen informatie worden onderzocht. De rechtbank is van oordeel dat deze handelwijze niet in strijd is met het nemo tenetur beginsel.

De rechtbank Noord Holland stelt in haar uitspraak van 28 februari voorop dat de opsporingsambtenaren bevoegd waren tot inbeslagname van de iPhone van verdachte. Onder verwijzing naar het zogenoemde Smartphone-arrest (ECLI:NL:HR:2017:584) overweegt de rechtbank dat ten behoeve van de waarheidsvinding onderzoek mag worden gedaan aan in beslag genomen voorwerpen teneinde gegevens voor het strafrechtelijk onderzoek ter beschikking te krijgen. In een iPhone opgeslagen of beschikbare gegevens zijn daarvan niet uitgezonderd.

Uit het samenstel van wettelijke bepalingen volgt naar het oordeel van de rechtbank ook dat opsporingsambtenaren en de officier van justitie zich de toegang tot de iPhone, mogen verschaffen teneinde de gegevens op die telefoon veilig te stellen voor onderzoek. Indien de toegang tot het in beslag genomen voorwerp is beveiligd met een toegangscode, is het opsporingsambtenaren toegestaan deze beveiliging te kraken, zonder dat daarvoor de medewerking van een verdachte nodig is. Als de toegang tot een in beslag genomen voorwerp alleen kan worden verkregen met medewerking van een verdachte, zoals in deze zaak het geval bleek kan, naar het oordeel van de rechtbank, een verdachte tot die medewerking worden gedwongen, mits dit niet in strijd komt met het nemo tenetur-beginsel en wordt voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

Nemo tenetur

Anders dan de situatie waarin verdachte wordt gedwongen de toegangscode van zijn telefoon te geven, hetgeen een verklaring van verdachte vereist, maakt het plaatsen van de duim van verdachte op zijn iPhone naar het oordeel van de rechtbank geen inbreuk op het nemo tenetur-beginsel. Het betreft hier slechts het dulden van een onderzoeksmaatregel die geen actieve medewerking van verdachte vereist. Daar komt bij dat de vingerafdruk met een zeer geringe mate van dwang is verkregen. Dat met het plaatsen van de duim van verdachte op de iPhone toegang wordt verkregen tot mogelijk wilsafhankelijke en voor hem belastende gegevens, maakt dit naar het oordeel van de rechtbank niet anders.

Laatste nieuws