Nederlands Juristenblad 8
27 februari 2014
2014/2
Constitutionele toetsing in de West
Sint Maarten het kleinste en minst bevolkte land van het Koninkrijk kent een heus constitutioneel hof. Op 8 november 2013 wees dit Hof zijn eerste arrest. Dit heeft niet alleen curiositeitswaarde maar is voor Nederlandse juristen ook om inhoudelijke redenen interessant. Het arrest geeft een idee hoe constitutionele toetsing in Nederland eruit zou kunnen zien. Bovendien formuleert het Hof enkele interessante ‘uitgangspunten’ die het bij de uitoefening van zijn toetsingsbevoegdheid in acht zal nemen. Tot slot beantwoordt het arrest rechtsvragen waarover ook de Nederlandse rechter zich mogelijk nog zal moeten buigen, zoals de vraag naar de verenigbaarheid van levenslange gevangenisstraf met het EVRM.
Digitale inhoud en consumentenkooprecht
Een groot bezwaar en een kleine wijziging
Met de voorgestelde wijze van implementatie van de Europese Richtlijn consumentenrechten worden de bepalingen over consumentenkoop grotendeels van toepassing op digitale inhoud die niet op materiële dragers wordt geleverd. Hiermee lijkt het consumentenkooprecht van toepassing te worden op alle overeengekomen leveringen van digitale inhoud. Vanuit de literatuur, belangenorganisaties en vervolgens de Eerste Kamer is kritisch gereageerd op de onhanteerbaarheid van een dergelijke bepaling. Met een kleine aanpassing van het implementatievoorstel kan aan alle ter berde gebrachte bezwaren tegemoet worden gekomen.
Leugens in de gehandicaptenzorg
De regels, het toezicht en de bouwwereld
Van oudsher kende Nederland een goede institutionele zorg voor gehandicapten met zo’n 100 zorginstellingen. In de jaren negentig is hier verandering in gekomen met de invoering van het, uit het buitenland en vanuit de psychiatrie overgewaaide, concept van ‘community care’. Gehandicapten zouden moeten integreren in de samenleving en zelfstandig moeten wonen in reguliere woonwijken. Prachtig gelegen instellingen voerden met dit beleid als onderliggend motief een uitzettingsbeleid van gehandicapten teneinde hun terrein voor andere (winstgevender) doeleinden open te kunnen stellen. Nu het idee van community care een mislukking is gebleken, de financieel-economische crisis tot een bouwstop heeft geleid en talloze onderzoeken vraagtekens zetten bij de naleving van de Wet Toelating Zorginstellingen in het bijzonder bij het vereiste leefwensenonderzoek is het hoog tijd voor een politieke ommezwaai.
Mag een spermadonor bepalen wie zijn zaad krijgt?
Reactie op advies van het College voor de rechten van de mens
Begin dit jaar bracht het kersverse College voor de rechten van de mens advies uit over de vraag of spermabanken discrimineren als zij bij het ter beschikking stellen van donorzaad rekening houden met de wensen van de donor. Die wensen liggen onder meer op het gebied van gezinssamenstelling, fysieke kenmerken, gedrag, opleiding en religieuze achtergrond van de ontvangers van zijn zaad. Dat enkele spermabanken hun leveranciers terwille zijn, vormt de aanleiding voor dit advies. Waar het College zich op de kaart had kunnen zetten komt het jammer genoeg met een advies vol onbevredigende antwoorden en gemiste kansen. Want hoe zit het bijvoorbeeld met de preferenties van de ontvangende partij?
De onzichtbare cassatieschriftuur
Waarom wordt de schriftuur waarmee het debat voor de Hoge Raad wordt ingeleid en waarin de rechtsvragen worden opgeworpen waarover de AG en de Strafkamer zich vervolgens uitlaten, niet meegenomen in de publicatie van het arrest? Een arrest kan werkelijk beter worden begrepen wanneer zichtbaar is hoe de klacht(en) waarop wordt beslist luidde(n).
Eerder verschenen
NJB 7 (2014)
20 februari 2014
NJB 6 (2014)
13 februari 2014
NJB 4 (2014)
30 januari 2014
NJB 3 (2014)
23 januari 2014
NJB 2 (2014)
16 januari 2014